Emissiviteit aanpassen
De juiste emissiviteitswaarden zijn belangrijk voor u om de meest nauwkeurige
temperatuurmetingen te kunnen uitvoeren. De emissiviteit van een oppervlak
kan een groot effect hebben op de ogenschijnlijke temperaturen die de Imager
observeert. Wanneer u meer weet over de emissiviteit van het geïnspecteerde
oppervlak, kunt u daardoor mogelijk meer nauwkeurige temperatuurmetingen
verkrijgen.
Als u een waarde instelt op <0,60, wordt weergegeven op het display van de
Imager met deze waarschuwing:
Bij oppervlakken met een emissiviteit van <0,60 is het moeilijk om
werkelijke temperaturen betrouwbaar en consequent te bepalen. Hoe
lager de emissiviteit, hoe hoger de kans dat fouten optreden in de
berekende temperatuurmetingen van de Imager. Dit is zelfs het geval
wanneer aanpassingen aan de emissiviteit en gereflecteerde
achtergrond op de juiste manier zijn uitgevoerd.
Emissiviteit wordt rechtstreeks ingesteld als een waarde of voor sommige
veelgebruikte materialen gekozen uit een lijst met emissiviteitswaarden.
Als de Weergave is ingesteld op Alles weergeven, ziet u de
informatie over de huidige emissiviteit als ε = x,xx.
Aanpassen op getal
De emissiviteitswaarde instellen:
1.
Druk op .
2.
Druk op / om Meting te markeren.
3.
Druk op of om het menu weer te geven.
4.
Druk op / om Emissiviteit te markeren.
Let op:
Emissiviteit <0,6
(zie handleiding)
Opmerking
Opmerking
Thermal Imagers
Menu's
25