De accu opladen
Voordat u de Imager voor de eerste keer gebruikt, moet u de acccu mininimaal
twee en een half uur opladen. De accustatus wordt aangegeven door de
oplaadindicator met vijf segmenten.
Nieuwe accu's zijn nog niet volledig opgeladen. U moet de accu twee
tot tien keer opladen/ontladen voordat deze tot de maximale capaciteit
kan worden opgeladen.
Kies één van de volgende opties om de accu op te laden:
Acculaadstation voor twee accu's
1.
Sluit de netstroomvoeding aan op een stopcontact en sluit de uitgang aan
op het laadstation.
2.
Plaats één of twee slimme accu's in het laadstation.
3.
Laad de accu's op tot de indicator 'vol' aangeeft.
4.
Verwijder de slimme accu's en trek de stekker uit het stopcontact als de
accu's volledig zijn opgeladen.
Netstroomaansluiting op de Imager
1.
Steek de netstroomadapter in een stopcontact en sluit de zijde met de
gelijkstroomstekker aan op de netstroomaansluiting op de Imager. U
knippert in de linkerbovenhoek van het display als de accu wordt
opgeladen met de netstroomadapter.
2.
Laad de accu op tot de oplaadindicator op het display niet meer knippert.
3.
Ontkoppel de netstroomadapter als de slimme accu volledig is opgeladen.
Zorg dat de Imager vrijwel op kamertemperatuur is voordat u deze op
de lader aansluit. Zie de temperatuurspecificatie voor het opladen.
Laad niet op in hete of koude gebieden. Wanneer u oplaadt bij
extreme temperaturen, kan de accucapaciteit afnemen.
wordt weergegeven in de linkerbovenhoek van het display als de Imager
is aangesloten op netstroom en de accu is verwijderd. Wanneer de Imager
geen voeding meer heeft en de netstroomadapter wordt aangesloten, knippert
U in het midden van het display om aan te geven dat de accu wordt
opgeladen.
Opmerking
Opmerking
Thermal Imagers
Voordat u begint
9