Berekeningen aan obligaties
Referentie: Lynch, John J., Jr. and Jan H. Mayle, Standard Securities Berekening
Methods, Securities Industry Association, New York, 1986.
A=verlopen dagen, het aantal dagen van het begin van een couponperiode tot de
afrekendatum.
E=aantal dagen van de coupon tot de gekoppelde vervaldag. Bij overeenkomst is
E 180 (of 360) bij een kalenderbasis van 30/360.
DSC=aantal dagen van de afrekendatul tot de eerstevolgende vervaldag.
( DSC=E − A ).
M=aantal couponperioden per jaar ( 1 = jaarlijks, 2 = zesmaandelijks),
N=aantal couponperiodes tussen de afrekendatum en de dag van terugbetaling.
Indien N een deel heeft na de komma (afrekendatum verschilt van de
vervaldag) rond u hen af tot het eerstvolgend geheel getal.
Y=jaarlijkse opbrengst als een decimale breuk, YLD% / 100.
Voor een couponperiode of minder tot aan de terugbetaling:
PRICE
voor meer dan één couponperiode tot aan de vervaldag:
250 B: Meer over de berekeningen
=
NUS
USPV i
k
∑
=
TOTAL
j
=0
⎡
CPN
+
⎢
CALL
M
⎢
=
⎛
⎢
DSC
+
×
1
⎜
⎢
⎝
E
⎣
⎡
⎢
⎢
= ⎢
PRICE
⎢
⎛
+
1
⎜
⎢
⎝
⎣
NPV
N
( % :
)
×
n
CF
(
)
j
j
⎤
%
⎥
⎛
A
CPN
⎥
−
×
⎜
⎞
Y
⎥
⎝
E
⎟
⎥
⎠
M
⎦
⎤
⎥
⎥
CALL
⎥
DSC
−
+
N
1
⎥
⎞
Y
E
⎟
⎥
⎠
M
⎦
⎞
%
⎟
M
⎠