De toorts configureren
Inleiding
Er zijn verniuwde handtoortsen en machinetoortsen uit de Duramax™-serie beschikbaar
voor de Powermax1000-, Powermax1250- en Powermax1650-systemen. Met het
snelkoppelingsysteem ETR (Easy Torch Removal)™ kunt u de toorts gemakkelijk verwijderen
voor transport of van toorts wisselen als uw toepassingen het gebruik van verschillende
toortsen vereisen. De toortsen worden gekoeld door omgevingslucht en vereisen geen speciale
koelprocedures.
In dit hoofdstuk leest u hoe u uw toorts configureert en de juiste slijtdelen voor het werk kiest.
Levensduur slijtdelen
De frequentie voor het vervangen van slijtdelen op uw vernieuwde toorts hangt af van een aantal
factoren:
•
Dikte van het materiaal – hoe dikker het te snijden materiaal, des te vaker moeten
de slijtdelen worden vervangen.
•
Gemiddelde lengte van het te snijden stuk – hoe langer het gemiddelde te snijden stuk,
des te vaker moeten de slijtdelen worden vervangen.
•
Type van snijden – als met de hand wordt gesneden, zullen de slijtdelen vaker moeten
worden vervangen dan wanneer met de machine wordt gesneden.
•
Luchtkwaliteit – de aanwezigheid van olie, vocht of andere verontreinigingen vermindert
de levensduur van slijtdelen.
•
Doorsteken/starten vanaf de rand – bij doorsteken van het metaal gaan de slijtdelen
minder lang mee dan wanneer u vanaf de rand van het metaal start.
•
Juiste toorts-werkstukafstand – bij gutsen of snijden met niet-beschermde slijtdelen zal het
handhaven van de juiste toorts-werkstukafstand de levensduur van slijtdelen verhogen.
•
Juiste doorsteekhoogte – handhaven van de juiste doorsteekhoogte zal de levensduur van
slijtdelen verhogen.
•
Snijden in de modus "continue hulpboog" of in gewone snijmodus – bij snijden met
continue hulpboog zal de levensduur van slijtdelen korter zijn dan bij snijden in gewone
snijmodus.
Meer informatie over goede snijtechnieken vindt u in hoofdstuk 3, Bediening.
2-2
Duramax Retrofit Torch
Gebruikershandleiding