Systeemconfiguratie
Bijvoorbeeld, in de afbeelding hieronder staan
alle luidsprekers op 'large' (groot) en een sub-
woofer is gekozen.
Opzet Surround
Is de luidsprekeropzet voltooid, dan dient voor die
ingang de surround functie die u met die ingang
wilt gebruiken ingesteld te worden. Aangezien de
surroundfuncties een kwestie zijn van persoonlij-
ke smaak, bent u vrij in uw keuze – die bovendien
later gewijzigd kan worden. Het Surround Functie
Overzicht op pagina 27 kan u helpen de functie
te kiezen die het beste past bij de gekozen
ingang. Zo kunt u Dolby Pro Logic II of Logic 7
voor de meeste ingangen kiezen en Dolby Digital
voor ingangen aangesloten op digitale bronnen.
Voor ingangen zoals CD-speler, tape deck of tuner
kan het best de stereofunctie worden gekozen,
wanneer dat tenminste de luisterfunctie is die
voor de standaard stereobronnen wordt gebruikt.
Voor die bronnen is het onwaarschijnlijk dat er
materiaal met surroundcodering zal worden afge-
speeld. Als alternatief kan de 5 Kanaals Stereo of
Logic 7 Music functie worden gekozen voor ste-
reo programmamateriaal.
De surround instellingen worden het gemakke-
lijkst gemaakt via de Full-OSD (volledig) menu's
in beeld. Druk vanuit het hoofdmenu
D tot de cursor
(Afb. 1) op de
MENU
/
⁄
¤
naast het
SURROUND SELECT
Druk op instellen F tot het
SURROUND
menu (Afb. 5) in beeld verschijnt.
SELECT
Afbeelding 5
Elke regel in dit menu (afb. 5) kiest een surround
functiegroep en binnen elk van deze categorieën
kan uit specifieke opties worden gekozen. De
keuze aan functies wisselt afhankelijk van de luid-
sprekerconfiguratie in uw systeem.
Wanneer de regel
SURR BACK
menu (afb. 4) op
SPEAKER SETUP
(geen) staat, is de AVR geconfigureerd voor 5.1
kanaals bedrijf en alleen de functies bestemd
voor een vijf luidspreker opstelling zullen verschij-
nen.
22 SYSTEEMCONFIGURATIE
Staat
SURR BACK
menu (afb. 4) op
SETUP
(groot) staat, is de AVR geconfigureerd
LARGE
voor 6.1/7.1 kanaals bedrijf en ook extra functies
als Dolby Digital EX en 7 STEREO of Logic 7 7.1
verschijnen, daar deze alleen werken wanneer
zeven luidspreker beschikbaar zijn. Bovendien, de
functies DTS ES (Discrete) en DTS+NEO:6 (DTS-ES
Matrix) die in de AVR beschikbaar zijn, verschij-
nen alleen bij een digitale bron met het juiste
digitale signaal.
Opmerking: wanneer een Dolby Digital of DTS
bron wordt gekozen en speelt kiest de AVR auto-
matisch de juiste surround functie, ongeacht de
standaard instelling voor die ingang. In dat geval
zijn geen andere surround functies beschikbaar,
uitgezonderd VMAx bij Dolby Digital opnamen en
alle Pro Logic II functies met Dolby Digital 2-
kanaals (2.0) opnamen. Zie pagina 32.
Om de functie vast te leggen die standaard voor
een ingang wordt gekozen drukt u eerst op
D tot de in-beeld cursor naast de hoofd
/
⁄
¤
categorie met de gewenste functie staat. Druk
dan op de insteltoets F om het submenu op te
roepen. Druk op
beschikbare mogelijkheden te gaan en druk op
D tot de cursor bij
¤
(terug naar hoofdmenu) staat om het
MENU
setup proces et vervolgen.
In het
DOLBY
worden uit Dolby Digital, Dolby Pro Logic II
Music, Dolby Pro Logic II Cinema, Dolby Pro Logic
II en Dolby 3 Stereo. De Dolby Digital EX functie is
alleen beschikbaar wanneer het systeem is inge-
steld op 6.1/7.1 werking door de Surround Achter
luidsprekers te configureren op 'klein' (small) of
MASTER
'groot' (large) als beschreven op pagina 21.
›
Wanneer een disc speelt met een speciale code in
menu staat.
de digitale audio datastroom, wordt automatisch
de EX functie gekozen, maar deze kan ook geko-
zen worden via dit menu of via het frontpaneel of
de afstandsbediening als aangegeven op pagina
30. Een volledig overzicht van deze functies vindt
u op pagina 27-28. Denk er aan dat wanneer
Dolby Digital is gekozen er aanvullende instellin-
gen beschikbaar komen voor de Nacht Functie die
alleen met surround gekoppeld zijn, niet met de
ingang. Daarom hoeven deze instellingen slechts
eenmalig gemaakt te worden en niet met elke
gebruikte ingang. In het volgende hoofdstuk wor-
den deze behandeld.
regel van het
NONE
Afbeelding 6
in het
SPEAKER
(klein) of op
SMALL
Ea om door de
‹
/
›
BACK TO MASTER
menu (afbeelding 6) kan gekozen
In het DTS menu worden de keuzes die gemaakt
Ea op de afstandsbediening
zijn met
‹
/
›
bepaald door de combinatie van het soort DTS
programma materiaal dat wordt afgespeeld en of
het gaat om een 5.1 dan wel een 6.1/7.1 luid-
spreker configuratie.
Wanneer een 5.1 configuratie in gebruik is zal de
AVR automatisch de 5.1 versie van DTS kiezen
zodra een DTS data stream wordt ontvangen.
Wordt 6.1/7.1 gekozen dan zal DTS-ES Discrete
automatisch worden geactiveerd zodra een DTS
bron met de ES Discrete vlag wordt gebruikt, ter-
wijl de DTS-ES Matrix functie wordt geactiveerd
wanneer een ES Matrix gecodeerd audionummer
wordt ontvangen. In beide gevallen wordt desbe-
treffende surround functie aangegeven oop de
display ˜ en in beeld. In al die gevallen licht
DTS-ES op. Wordt een niet-DTS disc afgespeeld
en is 6.1/7.1 gekozen, dan zal het apparaat auto-
matisch DTS+NEO:6 kiezen voor een volledig 8
luidspreker surround weergave. Zie pagina 27
voor een overzicht van de DTS functies.
In het
menu wordt de keus met
LOGIC 7
Ea op de afstandsbediening bepaald door
de luidspreker configuratie 5.1 of 6.1/7.1 die in
gebruik is. In beide gevallen biedt de keus van
Logic 7 functie de Harman Kardon exclusieve
Logic 7 processor een volledig omringend, meer-
kanaals surround van een tweekanaals Stereo of
Matrix gecodeerd programma, zoals een VHS
cassette, laserdisc of televisieprogramma met
Dolby Surround.
In de 5.1 configuratie kunt u Logic 7/5.1 Music,
Cinema of Enhanced kiezen. Deze werken het
beste met tweekanaals muziek, surround geco-
deerde programma's of standaard tweekanaals
programma's van elk type. Is 6.1/7.1 gekozen,
dan zijn Logic 7/7.1 Music of Cinema beschik-
baar, maar alle 8 kanalen worden uitgestuurd.
Denk er aan dat de Logic 7 functies niet beschik-
baar zijn wanneer Dolby Digital of DTS Digital
geluid wordt gespeeld.
In het
(
) menu wordt met
DSP
SURR
Ea op de afstandsbediening een van de DSP
surround functies gekozen die ontwikkeld zijn
voor gebruik met tweekanaals stereo program-
ma's voor een reeks ruimtebeelden. De mogelijk-
heden zijn Hall 1, Hall 2, Theater, VMAx Near en
VMAx Far. De Hall en Theater functies zijn
bedoeld voor meerkanaals systemen, terwijl de
beide VMAx functies geoptimaliseerd zijn voor
een volledig klankbeeld met uitsluitend de front
links en rechts luidsprekers. Zie pagina 27 voor
een uitgebreid overzicht van de DSP functies.
Denk er aan dat de Hall en Theater functies niet
beschikbaar zijn wanneer Dolby Digital of DTS
materiaal wordt afgespeeld.
/
‹
›
‹
/
›