3.
Klik op de knop Eigenschappen en vervolgens op het tabblad Papier/kwaliteit.
4.
Kies de Documentformaat en de Afdrukkwaliteit die u wilt gebruiken. Als u een aangepast papierformaat
wilt definiëren, klikt u op de knop Aangepast.
80
Hoofdstuk 10 Praktische afdrukvoorbeelden
NLWW