Displaynaam wordt weergegeven op het voorpaneel wanneer u de scanbestemming kiest. Deze kan
●
afwijken van de netwerk- of FTP-mapnaam.
Het Network Path (Netwerkpad) moet de netwerknaam van de externe computer bevatten.
●
De server- en mapnamen worden gebruikt om verbinding te maken met de gedeelde map, door op de
volgende manier een pad te maken naar de netwerkmap: \\servernaam\mapnaam
Voor een Network Path (Netwerkpad) voert u de naam of het IP-adres van de externe computer en de
naam van de gedeelde map in.
Selecteer Volgende om door te gaan.
8.
Instellingen Aanmeldverificatie bepalen.
NLWW
Proces scanopties instellen
63