Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bedrading Van Ingangssignaal Zonne-Energie (Laagspanning); Bedrading Van Uitschakeling Op Afstand - Airwell WELLEA HT BDHW-040R-04M25 Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

De thermostaatkabel kan op drie manieren worden
aangesloten (zoals beschreven in de bovenstaande
figuren) en de specifieke aansluitmethode hangt af van
de toepassing.
Methode A (instellingscontrole)
RT kan verwarming en koeling afzonderlijk regelen, net
als de regelaar voor 4-pijps FCU. Wanneer de
hydraulische module is aangesloten op de externe
temperatuurregelaar, wordt ROOM THERMOSTAT
ingesteld op MODE SET op de gebruikersinterface:
A.1 Wanneer de unit een spanning van 230 VAC tussen
C en L1 detecteert, werkt hij in de koelmodus.
A.2 Wanneer het apparaat een spanning van 230 VAC
detecteert
tussen
H
verwarmingsmodus.
A.3 Wanneer het apparaat een spanning van 0 VAC
detecteert voor beide zijden (C-L1 en H-L1), stopt het
met werken voor ruimteverwarming of -koeling.
A.4 Wanneer het apparaat een spanning van 230 VAC
detecteert voor beide zijden (C-L1 en H-L1), werkt het in
de koelmodus.
Methode B (regeling met één zone)
RT geeft het schakelsignaal door aan het apparaat. De
KAMER THERMOSTAT is ingesteld op ÉÉN ZONE op
de gebruikersinterface:
B.1 Wanneer het apparaat een spanning van 230 VAC
detecteert tussen H en L1, wordt het ingeschakeld.
B.2 Wanneer het apparaat een spanning van 0 VAC
detecteert tussen H en L1, schakelt het uit.
Methode C (regeling met dubbele zone)
De hydraulische module is aangesloten op twee
kamerthermostaten, en ROOM THERMOSTAT is
ingesteld op DOUBLE ZONE op de gebruikersinterface:
C.1 Wanneer het apparaat een spanning van 230 VAC
detecteert tussen H en L1, wordt zone1 ingeschakeld.
Wanneer het apparaat een spanning van 0 VAC
detecteert tussen H en L1, wordt zone1 uitgeschakeld.
C.2 Wanneer de unit een spanning van 230 VAC
detecteert tussen C en L1, wordt zone2 ingeschakeld
volgens de klimaattemperatuurcurve. Wanneer het
apparaat een spanning van 0 V detecteert tussen C en
L1, wordt zone2 uitgeschakeld.
C.3 Wanneer de spanning tussen H-L1 en C-L1
gedetecteerd wordt als 0VAC, schakelt het apparaat uit.
C.4 Wanneer de spanning tussen H-L1 en C-L1 wordt
gedetecteerd als 230 VAC, worden zowel zone1 als
zone2 ingeschakeld.
OPMERKING
De bedrading van de thermostaat moet overeenkomen
met de instellingen van de gebruikersinterface. Zie 7.6.7
"Kamerthermostaat".
De voeding van het apparaat en de kamerthermostaat
moeten op dezelfde neutrale lijn worden aangesloten.
Wanneer ROOM THERMOSTAT niet op NON staat, kan
de binnentemperatuursensor Ta niet op VALID worden
ingesteld.
en
L1,
werkt
het
Zone 2 kan alleen in de verwarmingsmodus werken.
Wanneer
gebruikersinterface en zone 1 is UIT, sluit "CL" in Zone
2 en blijft het systeem nog steeds "UIT". Voor de
installatie moet de bedrading van de thermostaten voor
Zone 1 en Zone 2 correct zijn.
8.6.7. Bedrading van ingangssignaal zonne-
energie (laagspanning)
in
de

8.6.8. Bedrading van uitschakeling op afstand

56
de
koelmodus
is
ingesteld
op
de

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave