9. De voedingsspanning controleren
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Voordat u met werkzaamheden aan de pomp begint, dient u er zeker van te zijn dat de
elektriciteitstoevoer is uitgeschakeld en niet per ongeluk kan worden ingeschakeld.
1. Voedingsspanning
1
2
3
Pos.
Beschrijving
1
L
2
N
3
PE
2. Stroomverbruik
Meet de spanning (RMS) tussen
fase en neutraal. Sluit de
voltmeter aan op de klemmen bij
de aansluiting.
Meet de stroomsterkte (RMS)
terwijl de pomp draait bij een
constante opvoerhoogte (indien
mogelijk, bij de capaciteit waarbij
de motor het zwaarst wordt
belast).
Zie het typeplaatje voor de
maximale stroom.
De spanning moet 1 x 200-240 V -10%/+6%,
50/60 Hz, PE zijn wanneer de motor belast
wordt.
Grote variaties in de voedingsspanning zijn een
indicatie voor slechte voedingsspanning en de
pomp dient te worden uitgeschakeld tot het
defect is opgelost.
19