52
De compressor werkt
constant.
De temperatuur in het
apparaat is te laag/te hoog.
De levensmiddelen in het
koelvak bevriezen.
De levensmiddelen in het
koelvak zijn niet koel.
Er loopt smeltwater over het
interieur van de koelkast of op
de vloer
Er hoopt zich vocht op in het
interieur.
De temperatuur is goed ingesteld.
Er werden teveel levensmiddelen
tegelijk in de koelkast gezet.
De kamertemperatuur is te hoog.
De in het apparaat geplaatste
levensmiddelen waren te warm.
De deur is niet goed gesloten.
De thermostaat is niet juist ingesteld.
De deur is niet goed gesloten.
De temperatuur van de
levensmiddelen is te hoog.
Er worden veel levensmiddelen
tegelijk in de koelkast gezet.
De dikte van de ijsafzetting bedraagt
meer dan 4-5 mm.
De deur wordt te vaak geopend.
De thermostaat is te koud ingesteld.
Levensmiddelen in de koelkast
staan tegen het koelelement in de
achterwand.
De ventilatieopeningen in het koelvak
zijn geblokkeerd. Dit voorkomt de
circulatie van koude lucht.
De deur(en) wordt/worden te vaak
geopend of niet goed gesloten.
Er is pas een grote hoeveelheid
levensmiddelen in de koelkast of het
koelvak gezet.
De stand van de thermostaat is te
laag ingesteld.
De afvoer is verstopt.
De ventilatieopeningen in de koelkast
zijn geblokkeerd.
De deur wordt vaak geopend.
De levensmiddelen zijn niet juist
verpakt.
De thermostaat is niet juist ingesteld
voor de omgevingsomstandigheden.
NEDERLANDS
Zie het hoofdstuk "Bediening".
Wacht een paar uur en controleer
dan de temperatuur opnieuw.
Zie het diagram voor de
klimaatklasse op het typeplaatje.
Laat de levensmiddelen voor
het bewaren afkoelen tot
kamertemperatuur.
Zie "Het sluiten van de deur".
Stel een hogere/lagere
temperatuur in.
Zie "Het sluiten van de deur".
Laat de temperatuur van de
levensmiddelen dalen tot
kamertemperatuur voordat u ze
in de koelkast zet.
Zet minder levensmiddelen
tegelijk in de koelkast.
Ontdooi het apparaat.
Open de deur alleen indien nodig.
Draai de thermostaat naar een
hogere instelling.
Verplaats de levensmiddelen,
zodat ze de achterwand niet
raken.
Zorg ervoor dat de lucht in het
vak kan circuleren.
Vermijd het veelvuldig openen
van de koelkastdeur.
Zet minder levensmiddelen
tegelijk in de koelkast.
Draai de thermostaat naar
een hogere instelling (lagere
temperatuur).
Gebruik het schoonmaakspuitje
om de blokkering op te heffen.
Zorg ervoor dat de lucht in het
vak kan circuleren.
Vermijd het veelvuldig openen
van de koelkastdeur.
Zorg ervoor dat de
levensmiddelen juist worden
verpakt.
Draai de thermostaat naar
een hogere instelling (lagere
temperatuur).