Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

W D raadspanning
b)
b)
b)
b)
a)
c)
d)
a)
c)
d)
a)
c)
d)
a)
c)
d)

Draadspanning

– Basisinstelling van de draadspanning: 4
– Draai om de draadspanning te verhogen het wiel naar
een hoger getal.
– Draai om de draadspanning te verlagen het wiel naar
een lager getal. Het is belangrijk om bij het naaien
met de juiste draadspanning te werken.
– De spanning moet worden aangepast afhankelijk van
het soort steek, het garen en de stof.
– 90% van alle naaiwerkzaamheden kan worden
uitgevoerd met een spanning tussen 3 en 5 (4 is de
standaardinstelling).
– Bij alle decoratieve naaiwerkzaamheden wordt de
steek mooier en plooit de stof minder als de boven-
draad iets naar de linker stofkant wordt getrokken.
Normale draadspanning voor stikken.
Te weinig draadspanning voor stikken. Wiel op een
hoger cijfer instellen.
Te veel draadspanning voor stikken. Wiel op een lager
cijfer instellen.
Normale draadspanning voor zigzag- en siersteken.
a) Voorkant van de stof
b) Achterkant van de stof
c) Bovendraad
d) Onderdraad
25

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave