12V-accu
Procedure voor het gebruik van een hulpaccu voor het starten van de motor met behulp van startkabels en voor het laden van een lege accu.
Uw auto is naast de tractiebatterij van
het hybridesysteem voorzien van een
conventionele 12V-accu. Deze accu bevindt
zich onder de motorkap.
In bepaalde omstandigheden, als de 12V-accu
te ver ontladen is om het hybridesysteem in te
schakelen, kan de 12V-accu via een hulpaccu
worden opgeladen.
Laad de 12V-accu niet op als het
verklikkerlampje Ready brandt.
Deze sticker geeft aan dat er een
speciale 12V-loodaccu is gebruikt die
alleen losgekoppeld en/of vervangen
mag worden bij het CITROËN-netwerk
of bij een gekwalificeerde werkplaats.
Het negeren van deze aanwijzing kan
ertoe leiden dat de accu vroegtijdig aan
vervanging toe is.
Toegang tot de accu
De accu bevindt zich in de motorruimte.
Toegang tot de accu:
open de motorkap via de hendel in
het interieur en gebruik vervolgens de
veiligheidshaak aan de buitenzijde,
verwijder de kunststof afdekkap voor
toegang tot de pluspool,
maak indien nodig de zekeringkast los om
de accu te kunnen verwijderen.
Zet het contact altijd af (verklikkerlampje
Ready uit) als u werkzaamheden aan
de auto wilt uitvoeren, om letsel door
het automatisch starten van de motor te
voorkomen.
Loskoppelen van de pluspool (+)
Trek de hendel D zo ver mogelijk omhoog
om de accupoolklem E te ontgrendelen.
Weer aansluiten van de pluspool (+)
Plaats de geopende accupoolklem E op de
pluspool (+) van de accu.
Druk verticaal op de accupoolklem E om
hem goed tegen de accu aan te drukken.
Zet de accupoolklem vast door de pasnok
opzij te bewegen en vervolgens de hendel
D omlaag te duwen.
Forceer de hendel niet bij het
omlaagduwen, aangezien de
accupoolklem niet kan worden
vergrendeld als deze niet correct is
geplaatst; herhaal de procedure.