Opties voor mechanische afdichting
Pompen worden meestal geleverd met gemonteerde mechanische afdichtingen. Indien dit niet het geval is,
raadpleegt u de installatie-instructies van de fabrikant van de mechanische afdichting.
De volgende opties voor mechanische afdichting zijn beschikbaar voor deze pomp:
• Mechanische cassetteafdichting
• Conventionele mechanische afdichting binnen de component
• Conventionele mechanische afdichting buiten de component
Aansluiting van afdichtvloeistof voor mechanische afdichtingen
Smering van de afdichting is vereist
Tussen de afdichtingsvlakken moet zich vloeistoffilm bevinden voor goede smering. Bepaal de locatie van
de kranen aan de hand van de afbeeldingen die bij de afdichting worden geleverd.
Afdichting doorspoelmethodes
U kunt deze methoden gebruiken om de afdichting te spoelen of te koelen:
Methode
Productdoorspoeling Leg de leidingen zo dat de pomp de verpompte vloeistof van de behuizing
Externe doorspoeling Leg de leidingen zo dat de pomp een schone, koele, compatibele vloeistof
Overig
Optie voor samengestelde pakkingbus
WAARSCHUWING:
Pakkingbussen zijn niet toegestaan in een als ATEX geclassificeerde omgeving.
De fabriek plaatst geen pakking, lantaarnring of splitsdrukring.
Deze onderdelen worden bij de pomp geleverd in de doos met hulpstukken. Voordat u de pomp start,
dient u de pakking, lantaarnring en het drukstuk te installeren volgens het onderdeel Onderhoud
samengestelde pakkingbus in het hoofdstuk Onderhoud.
Aansluiting van vloeistofafdichting voor een samengestelde pakkingbus
WAARSCHUWING:
Pakkingbussen zijn niet toegestaan in een als ATEX geclassificeerde omgeving.
Opmerking:
Zorg dat de pakking is gesmeerd. Wanneer u dat niet doet, kan dit leiden tot een kortere levensduur van de
pakking en de pomp.
Model IC, ICI, ICH, ICIH Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud
Beschrijving
wegduwt en in het afdichtingsdrukstuk spuit. Een externe warmtewisselaar koelt
indien nodig de verpompte vloeistof voordat deze in het afdichtingsdrukstuk komt.
rechtstreeks in het afdichtingsdrukstuk spuit. De spoelvloeistofdruk moet 0,35 tot
2
1,01 kg/cm
(5–15 psi) groter zijn dan de afdichtingskamerdruk. De
inspuitsnelheid moet 0,5 tot 2 gpm (2 tot 8 lpm) zijn.
U kunt andere methoden toepassen waarbij meerdere drukstuk- of
afdichtingskameraansluitingen worden gebruikt. Raadpleeg de referentietekening
van de mechanische afdichting en de leidingschema's.
In bedrijf stellen, opstarten, bedienen en uitschakelen
47