Apparaat beschermd door een dubbele isolatie. Chauvin Arnoux heeft dit apparaat onderzocht in het kader van een globale Eco-Ontwerp aanpak. Door het bestuderen van de levenscyclus heeft men de effecten van dit product op het milieu kunnen beheersen en optimaliseren. Om preciezer te zijn, beantwoordt het product aan strengere vereisten op het gebied van recycling en nuttige toepassing dan die van de regelgeving.
INHOUDSOPGAVE 1. LEVERINGSTOESTAND ..............................6 1.1. Uitpakken ..................................6 1.2. Tilbehør ..................................6 2. BESCHRIJVING VAN HET INSTRUMENT ........................7 2.1. Presentatie ..................................7 2.2. Voeding ..................................7 2.3. Accu's ..................................7 2.4. Isolatie van de wegen ..............................8 2.5. CA 922 & CA 942 .................................9 2.6. Gebruiksadvies voor de sondes ..........................11 2.7.
Pagina 4
16. MODUS MULTIMETER - HET MENU "METING" ......................51 16.1. Het Menu "Meting" ..............................51 16.2. Beschrijving ................................51 17. MODUS MULTIMETER - HET MENU WEG "A" OF "B"....................54 17.1. Het Menu Weg "A" of "B" ............................54 17.2. Notities ..................................54 17.3. Voorbeeld: Multimeter-koppeling ..........................55 18.
Pagina 5
36. COMMANDS SPECIFIC TO THE INSTRUMENT "OSCILLOSCOPE MODE" ............80 36.1. Vertical ..................................80 36.2. Trigger ..................................81 36.3. Horizontal ................................83 36.4. Display ..................................84 36.5. Measure ...................................84 36.6. Memory ..................................87 36.7. Utilities ..................................89 36.8. Help ..................................92 37. COMMANDS SPECIFIC TO THE INSTRUMENT "MULTIMETER MODE" ..............93 37.1.
1. LEVERINGSTOESTAND 1.1. UITPAKKEN ⑨ ① ⑥ ⑤ ⑧ ③ ⑩ ④ ⑦ ATTESTATION DE VERIFICATION CHECKING ATTESTATION 190, rue Championnet Numéro de l'appareil : 75876 PARIS Cedex 18 Equipment number FRANCE Type / Model ...
2. BESCHRIJVING VAN HET INSTRUMENT 2.1. PRESENTATIE Deze oscilloscopen omvatten in feite drie apparaten: een digitale laboratoriumoscilloscoop, bestemd voor het analyseren van aanwezige elektrische en elektronische signalen, een 2 weg multimeter, 8000 punten, een Fourieranalyse-apparaat, voor het scheiden van 2 signalen, gelijktijdig met hun grondfrequentie en de 31 eerste harmonischen.
2.3.1. LADEN De accu's worden geladen terwijl de oscilloscoop uitgeschakeld is, maar wel is aangesloten op de externe voeding. Tijdens het snelladen van de accu's brandt de LED op de voorkant. Deze knippert in de volgende situaties: voorladen van sterk ontlade accu's ...
De isolatie van de oscilloscoop is als volgt schematisch weer te geven : Het gebruik van accessoires met een spanning en/of categorie onder 600 V CAT III beperkt het gebruiksbereik tot de laagste spanning en/of categorieën. Uw oscilloscoop is van klasse 600 V CAT III; bovendien moet u accessoires gebruiken van 600 V CAT III minimum. De met het instrument geleverde accessoires voldoen hieraan.
Pagina 10
2.5.2. ACHTERKANT Batterijvakje Magnetische standaard Dankzij de inklapbare standaard kan het instrument 30° schuin ten opzichte van de horizontale stand geplaatst worden. 2.5.3. MEETKLEMMENBORD Externe voedings-aansluiting Ingang weg "B" Ingang weg "A" 2.5.4. ZIJKANT Optische communicatie...
2.6. GEBRUIKSADVIES VOOR DE SONDES 2.6.1. AANSLUITEN VAN DE REFERENTIEGELEIDERS VOOR DE SONDE Distributie van de storingcapaciteit: Gezien de storingcapaciteit is het essentieel dat de referentiegeleiders correct worden aangesloten op elke sonde. Deze gelei- ders moeten bij voorkeur worden aangesloten op de koude punten, om te overdracht van storing door de storingcapaciteit tussen modussen te voorkomen.
2.7. IJKING VAN DE SONDE De ijkingsuitgang van de sondes (3 V^^, 1 kHz) bevindt zich onder het batterijdeksel (zie § 2.5.2. Achterkant). Voor een optimale respons moet u de lage frequentie compensatie van de sondes bijstellen. Voor deze instelling moeten de twee wegen van uw oscilloscoop van de gemeten circuits worden afgekoppeld;...
Draai de schroef in een richting zodat het signaalplateau horizontaal is en lijkt op het scherm hiernaast. Nu is uw sonde geijkt, u kunt de BNC voet weer terugdraaien om de toegang tot de instelling te sluiten. Plaats het batterijdeksel weer om uw instrument in optimale veiligheidsomstandigheden te kunnen gebruiken. 2.8.
3. MODUS OSCILLOSCOOP - DE TOETSEN Door op deze toets te drukken kiest u de modus "Oscilloscoop". 3.1. 6 TOETSEN "MENU" Trigger Trig geeft het hoofdmenu "Trigger" weer Acquisitie geeft het hoofdmenu "Acquisitie" weer Extra's geeft het hoofdmenu "Extra's" weer Meting Meas geeft het hoofdmenu "Meting/cursor"...
3.3. 2 TOETSEN VOOR DE "TIJDBASIS" verhoogt de tijdbasis van de acquisitie tot 200 s. verlaagt de tijdbasis van de acquisitie tot 25 s. 3.4. 2 TOETSEN "GEVOELIGHEID" verhoogt de verticale gevoeligheid van het laatst geselecteerde kanaal tot 5mV. verlaagt de gevoeligheid van het laatst geselecteerde kanaal tot 200V. Voor weg M kunt u met de gevoeligheidstoetsen de amplitudefactor laten variëren, maar alleen als een weg M gevalideerd is.
4. MODUS OSCILLOSCOOP - DE WEERGAVE 4.1. WEERGAVE Zone info. accu bij laag niveau (*) 1. Zone informatie over de wegen 5. Zone submenu 2. Zone hoofdweergave 2. Zone tijdelijke informatie 4. Zone hoofdmenu 4.2. INFORMATIE OVER DE WEGEN 4.2.1. ZONE "VOORNAAMSTE WEGEN" Identificatie Koppeling Gevoeligheid...
Pagina 17
4.2.2. ZONE "AUTOMATISCHE METINGEN" Automatische meting Automatische meting Automatische meting Automatische meting van weg A van weg B van weg A van weg B In dit venster worden de geselecteerde automatische metingen weergegeven. U kunt 1 of 2 metingen per weg selecteren. 4.2.3.
4.3. HOOFDWEERGAVE Verticale niveau-aanduiding Horizontale positie Dradenkruis van de Trigger van de Trigger Weergegeven Aanduiding van de weg en zijn verticale niveau Automatische cursors verbonden aan meting 1 Cursor 1 Positieaanduiding Cursor 2 Positieaanduiding Selectie van een van de cursors voor van de cursors voor hand- zoomgebied handmatige metingen...
5. MODUS OSCILLOSCOOP - DE MENU'S 5.1. WEERGAVE Zone info. accu bij laag niveau Zone submenu Zone hoofdmenu 5.2. ORGANISATIE De menu's bestaan uit twee elementen: een horizontaal menu, het "hoofdmenu", onder in het scherm, een verticaal menu, het "submenu", rechts in het scherm. 5.2.1.
5.5. NAVIGATIE 5.5.1. KLASSIEKE VERPLAATSING De verplaatsing in het hoofdmenu vindt plaats met deze toetsens. Met deze toetsen kunt u: - zich verplaatsen in het submenu, - een verticale parameter instellen (zie §. Verticale instelling) 5.5.2. VERTICALE INSTELLINGEN De verticale instellingen zijn te herkennen aan de dubbele pijlen op het tabblad van het hoofdmenu.
Om de instellingen te verlaten: - met behulp van de toetsen , kiest u het tabblad verlaten in het submenu. - met de pijlen kunt u zich weer verplaatsen in het hoofdmenu. 5.5.4. ACTIVEREN VAN EEN DIALOOGVENSTER De instellingen die kunnen worden uitgevoerd met behulp van een dialoogvenster zijn te herkennen aan het symbool op het tabblad in de menu's.
6. MODUS OSCILLOSCOOP - HET MENU WEG "A" OF "B" 6.1. HET MENU WEG "A" OF "B" Druk op één van deze twee toetsen Hoofd-menu Sub-menu's instellen en weergave van de numerieke waarde van de verticale verschuiving (*) selecteert de koppeling van de weg (AC, DC, GND) Zie voorbeeld 1.
Voorbeelden: 6.1.1. KOPPELING VAN DE WEG Injectie van een sinusoïde signaal van 1 kHz, 2 Vpp amplitude met een offset van 0,5 V: bij koppeling AC (de continusomposant wordt geannuleerd): bij koppeling DC (het hele signaal wordt gemeten): ...
6.1.2. FILTER VAN DE WEG Superpositie van 2 frequentiesinusoïden 100 Hz en 3 MHz: zonder filter (de twee signalen worden overgedragen): met laag overdrachtfilter 5 kHz (de sinusoïde 3 MHz wordt onderbroken): met laag overdrachtfilter 1,5 MHz (de sinusoïde wordt gedeeltelijk onderbroken):...
Pagina 25
6.1.3. SONDE-COËFFICIËNT Waarneming van een sinusoïde signaal van 2 Vpp en 100 Hz met een sonde x 10: met coëfficiënt x 1: de amplitudes en gevoeligheid zijn onjuist (factor 10): met coëfficiënt x 10: de amplitudes en gevoeligheid zijn juist:...
7. MODUS OSCILLOSCOOP - HET MENU "WEG M" BEREKENINGEN 7.1. HET MENU "WEG M" Druk op deze toets. instelling van de verticale verschuiving van de weg M of het spoor in het geheugen selecteert een berekeningsfunctie selecteert het coëfficiënt van de functie "Berekening"...
Pagina 27
Voorbeeld 1: M = A + B, optellen van een sinus van 5 Vpp met een kwadraat van 5 Vpp bijna in fase: In ons voorbeeld is de amplitude van de signaaluitkomst 10 Vpp, de gevoeligheid van weg M is 1 Vpp, we constateren een over- schrijding van het spoor dat in het scherm wordt gehouden door de weergave door 2 te delen: de gevoeligheid van weg M wordt 2 V en de amplitude blijft 10 Vpp.
Pagina 28
Voorbeeld 2: M = A x B, vermenigvuldigen van een sinus en een kwadraat van 5 Vpp bijna in fase: In ons voorbeeld is de piekamplitude van onze berekeningsfunctie 2,5 V * 2,5 V = 6,25 VV, de gevoeligheid van weg M is 1 VV (met coëfficiënt x 1), we constateren een overschrijding van het spoor die gecorrigeerd kan worden door een coëfficiënt /2 te gebruiken.
Pagina 29
Voorbeeld 3: M = A ÷ B, delen van een sinus en een kwadraat van 5 Vpp bijna in fase: aangezien de positieve piekspanningen van de signalen A en B gelijk zijn, leidt het dlen tot een positieve piekspanning van 1 V/V en dus een weergave van 1 deling op het spoor, die kan worden verdund door een coëfficiënt x 2 of x 5 te kiezen: De gevoeligheid van weg M wordt 500 mV/V en de positieve piekamplitude van het spoor is 1 V/V.
8. MODUS OSCILLOSCOOP - HET MENU "TRIGGER" 8.1. HET MENU "TRIGGER" Trig Druk op deze toets selecteert de Trigger bron en de inschakelings-methode instellen en weergeven van het verticale inschakelingsniveau instellen en weergeven van de tijdelijke positie van het evenement in verhouding tot de spoorzone overgang naar...
8.2. BESCHRIJVING 8.2.1. TRIGGER BRON EN INSCHAKELINGS-METHODE Tabblad Bron van de Trigger Inschakelingsmethode Weg A automatisch Weg A eenslag Weg A ingeschakeld Weg B automatisch Weg B eenslag Weg B ingeschakeld Modus "eenslag": Hold een enkele acquisitie door de trigger ingeschakeld door te drukken op de toets hiernaast is toegestaan.
8.3. VOORBEELDEN 8.3.1. FILTER TRIGGER Weergave van een sinus van 1 kHz gestoord (Acquisitie Enveloppe ON) zonder filter trigger (er wordt ingeschakeld op een front van het signaal 1 kHz, maar volgens de storingswaarde wordt ingeschakeld op stijgende of dalende fronten): ...
Pagina 33
met het filter Storing (de hysterese van de trigger gaat naar 3 div., er wordt ingeschakeld op sinus 1 kHz): 8.3.2. ANDER VOORBEELD FILTER LF REJECT waarneming van een langzame sinus 10 Hz waarop elke 200 ms pieken ontstaan (PkDet ingeschakeld): ...
Pagina 34
Dit kan ook zonder filter worden bereikt, maar door te kiezen voor inschakelen op een impulsbreedte onder 1 µs:...
9. MODUS OSCILLOSCOOP - HET MENU "ACQUISITIE" 9.1. HET MENU "ACQUISITIE" Druk op deze toets. schakelt het menu "Piekdetectie" in of uit Zie voorbeeld 1 selecteert of schakelt het coëfficiënt voor de functie middelen uit Zie voorbeeld 2 ...
9.2. VOORBEELDEN 9.2.1. ACQUISITIE PKDET Waarneming van snelle impulsseries met een lage herhalingsfrequentie. zonder PkDet (de herhalingsfrequentie van de series vereist een monternamefrequentie die ongeschikt is voor de weer- gave van het signaal: er ontbreken series): met PkDet (de detectie van de bereikte min en max tussen twee monsternames maakt het mogelijk om alle series weer te geven): Door de piekdetectie wordt de reconstructie van het zich herhalende ETS spoor (Equivalent Time Sampling) gedeactiveerd.
9.2.2. MIDDELEN VAN DE ACQUISITIE Waarneming van een sinus van 1 kHz gestoord Voor het middelen moet u zich ervan verzekeren dat het spoor stabiel is. In ons voorbeeld is het storingsfilter van het triggermenu ingeschakeld. zonder middelen: met middeling door 4 (de storing wordt verzwakt): ...
9.2.3. ACQUISITIE ENVELOPPE Waarneming van een sinusoïde signaal met gemoduleerde versterking. zonder enveloppe (een acquisitie wordt weergegeven bij elke inschakeling): met enveloppe (de acquisities worden gecumuleerd en er wordt een enveloppe bereikt met de min en max punten voor elke x-as):...
10. MODUS OSCILLOSCOOP - HET MENU "METING" 10.1. HET MENU "METING" Meas Druk op deze toets in- of uitschakelen van de weergave van de automatische metingen openen van het configuratievenster voor de automatische metingen van de betreffende weg (door te drukken op de toets hiernaast) (*) ...
10.1.1. BESCHRIJVING VAN HET CONFIGURATIEVENSTER VAN DE AUTOMATISCHE METINGEN Verplaatsen van de selectie in het venster Bevestigen van de selectie Naam Beschrijving van de meting Aanduiding automatische cursors Vmin minimale piekspanning Vavg en Vmin Vmax maximale piekspanning Vavg en Vmax spanning tussen pieken Vmin en Vmax Vlow...
10.1.2. MEET-OMSTANDIGHEDEN De metingen wordt op de hele acquisitiediepte uitgevoerd. Elke signaalwijziging brengt een bijwerking van de metingen met zich mee. Deze worden vernieuwd op het ritme van de acquisitie. De nauwkeurigheid van de metingen is optimaal, als twee complete signaalperiodes worden weergegeven. 10.1.3.
11. MODUS OSCILLOSCOOP (VERVOLG) HET MENU "GEHEUGEN" 11.1. HET MENU "GEHEUGEN" Druk op deze toets. schakelt de referentieweergave in of uit Zie voorbeeld beheert de sporen in het geheugen (.trc) beheert de sporen in het geheugen (.txt) De sporen .txt kunnen niet opnieuw op de HandScope worden opgehaald.
11.1.2. OPSLAGCAPACITEIT De opslagcapaciteit van het geheugen bedraagt 2 MB (-500 kB File System) en maakt opslag mogelijk van: sporen, schermaf- drukken, configuratie-bestanden en meetbestanden. De bestandsnaam wordt automatisch gegenereerd door de bestandindex te verhogen van 00 tot 99 (bijv.: trace-00.TXT, trace-01. TRC, setup-03.CFG, screen-10.BMP, meter-20.TXT …).
11.3. BESCHRIJVING 11.3.1. BEHEER VAN DE REGISTRATIE van een spoor .trc van een spoor .txt van een configuratie .cfg van een schermafdruk .bmp Voorbeeld: Tekstgebied dat de gebruiker de naam geeft waaronder het bestand wordt geregistreerd. Zone voor de Knoppen voor spoorkeuze De...
12. MODUS OSCILLOSCOOP - HET MENU "EXTRA'S" 12.1. HET MENU "EXTRA'S" Druk op deze toets. Dit menu is identiek voor de modus "Multimeter" en "Fourieranalyse". Selecteert de taal van de waarschuwings- of helpberichten: opent het venster "Informatie RS/USB": ...
13. MODUS OSCILLOSCOOP - DE TOETS "HELP" 13.1. DE TOETS "HELP" Druk op deze toets om de geïntegreerde helpfunctie in- of uit te schakelen. In elke modus wordt een venster geopend met hulp over het huidige menu. Voorbeeld: Hoofdtitel van de huidige helpfunctie Cursor die voor het tabblad van het submenu...
14. MODUS MULTIMETER - DE TOETSEN Door op deze toets te drukken kiest u de modus "Multimeter"; er zijn 2 onafhankelijke digitale multimeters 8000 punten beschikbaar. 14.1. 6 TOETSEN "MENU" Trigger Trig uitgeschakeld in de modus "Multimeter". Acquisitie uitgeschakeld in de modus "Multimeter". Extra's geeft het hoofdmenu "Extra's"...
14.3. 2 TOETSEN "TIJDBASIS" verhoogt de registratietijd in het weergavevenster. verlaagt de registratietijd in het weergavevenster. 14.4. 2 TOETSEN "GEVOELIGHEID" verhoogt het bereik van de laatst geselecteerde weg. vermindert het bereik van de laatst geselecteerde weg. 14.5. 2 FUNCTIETOETSEN uitgeschakeld in de modus "Multimeter". Hold de toets RUN/HOLD activeert of deactiveert de Hold-modus die het scherm bevriest.
15. MODUS MULTIMETER - DE WEERGAVE 15.1. WEERGAVE Zone accu-informatie (*) 1. Zone meting 4. Zone submenu 2. Zone grafisch venster 3. Zone hoofdmenu (*) Als meting niet mogelijk is wordt een serie puntjes weergegeven. Als de weg niet bevestigd is, wordt de meting vervangen door "-x-".
15.3. ZONE GRAFISCH VENSTER Diepte van het weergavevenster Staafdiagram van Staafdiagram van kanaal B kanaal A Trendcurven van kanaal A en B Dit venster geeft de evolutie van de metingen in de tijd weer, dat wil zeggen: de trendcurves van de hoofdmeting van elke weg ...
16. MODUS MULTIMETER - HET MENU "METING" 16.1. HET MENU "METING" Meas Druk op deze toets selecteert de hoofdmeting op weg "A" selecteert de secundaire meting op de wegen 16.2. BESCHRIJVING 16.2.1. HOOFDMETING OP WEG "A" Amplitudemeting Meting actief vermogen Ohmmeter Continuïteit Capaciteitmeter...
16.2.2. METING VAN HET VERMOGEN EN DIALOOGVENSTER "METINGKEUZE" Tijdens de selectie meting van het actieve vermogen geeft u het onderstaande venster weer door op te drukken. Zo kunt u het type meting kiezen: Eenfase Stabiel driefase zonder N ...
Pagina 53
16.2.4. SECUNDAIRE METING selecteert de secundaire meting weergegeven op de wegen: schakelt de secundaire bewakingsmeting in Deze omvat drie metingen: min de minimum gemeten waarde max de maximum gemeten waarde avg de gemiddelde waarde sinds de laatste reset schakelt de relatieve secundaire meting in Deze omvat drie metingen: ...
17. MODUS MULTIMETER - HET MENU WEG "A" OF "B" 17.1. HET MENU WEG "A" OF "B" Druk op één van deze twee toetsen Hoofd-menu Sub-menu's selecteert de koppeling van de weg (AC, DC of AC+DC) Zie voorbeeld actief, schakelt autorange uit ...
17.3. VOORBEELD: MULTIMETER-KOPPELING In voltmeter zijn drie koppelingen mogelijk: AC maakt het meten van de doeltreffende VAC spanning van het signaal mogelijk zonder de continucomposant, DC maakt het mogelijk om de continu VDC spanning van het signaal te meten, ...
18. MODUS MULTIMETER - HET MENU "GEHEUGEN" 18.1. HET MENU "GEHEUGEN" Druk op deze toets selecteert het beheer van de sporen in het geheugen (.txt) selecteert het beheer van de configs in het geheugen (.cfg) selecteert het beheer van de schermafdrukken in het geheugen (.bmp) ...
19. MODUS FOURIERANALYSE - DE TOETSEN Door op deze toets te drukken kiest u de modus "Fourieranalyse". 19.1. 6 TOETSEN "MENU" Trigger Trig uitgeschakeld in de modus "Fourieranalyse". Acquisitie geeft het hoofdmenu "Acquisitie" weer: toegang tot de rijen harmonischen, middelen, zoom. Extra's geeft het hoofdmenu "Extra's"...
19.3. 2 TOETSEN "TIJDBASIS" uitgeschakeld in de modus "Fourieranalyse". uitgeschakeld in de modus "Fourieranalyse". 19.4. 2 TOETSEN "GEVOELIGHEID" identiek aan de modus "oscilloscoop". identiek aan de modus "oscilloscoop". 19.5. 2 FUNCTIETOETSEN identiek aan de modus "oscilloscoop". Hold uitgeschakeld in de modus "Fourieranalyse".
20. MODUS FOURIERANALYSE - DE WEERGAVE 20.1. WEERGAVE De aanduiding van een dubbele zwarte streep op de harmonischen komt overeen met een weergave van de harmonischen in overschrijding. Zone accu-informatie (*) 1. Zone meting 5. Zone submenu 2. Zone grafisch venster 3.
20.3. WEERGAVEZONE VAN DE HARMONISCHEN Harmonischen in overschrijding Harmonische van de weg B, van de wegkleur Harmonische van de weg A, van de wegkleur Verticale schaal in % van de grondfrequentie Horizontale schaal, nummering van de harmonischen Deze zone geeft de harmonischen 1 tot 16 weer van de bevestigde wegen in de vorm van een histogram. De gebruiker kan de weergave van de harmonischen 2 tot 16 afwisselen met de harmonischen 17 tot 31.
21. MODUS FOURIERANALYSE - HET MENU WEG "A" OF "B" 21.1. HET MENU WEG "A" OF "B" De werking van dit menu is identiek aan de modus "Oscilloscoop". Druk op één van deze twee toetsen Hoofd-menu Sub-menu's weergave van de numerieke waarde van de verschuiving ...
22. MODUS FOURIERANALYSE - HET MENU "ACQUISITIE" 22.1. HET MENU "ACQUISITIE" Druk op deze toets. stelt het nummer van de geselecteerde harmonische in en geeft het weer Tabblad Verlaten Middelen De werking van dit menu is identiek aan de modus "Oscilloscoop"...
23. MODUS FOURIERANALYSE - HET MENU "GEHEUGEN" 23.1. HET MENU "GEHEUGEN" De werking van dit menu is identiek aan de modus "Oscilloscoop". Druk op deze toets. beheert de configuraties in het geheugen (.cfg) beheert de schermafdrukken in het geheugen (.bmp) ...
24. PROGRAMMEREN OP AFSTAND 24.1. PRESENTATIE De oscilloscoop kan op afstand geprogrammeerd worden met een computer: met behulp van het programma SX-METRO, of met eenvoudige genormaliseerde commando's volgens de norm IEEE488.2 en het SCPI protocol. Deze programmering op afstand maakt het mogelijk om: ...
25. TECHNISCHE SPECIFICATIES MODUS "OSCILLOSCOOP" Alleen de toegekende tolerantie- en grenswaarden vormen gegarandeerde waarden (na een half uur op temperatuur komen). De waarden zonder tolerantie worden ter indicatie verschaft. 25.1. VERTICALE VERSCHUIVING Secundaire CA 922 CA 942 Aantal wegen 2-weg 5 mV tot 200 V/div.
25.2. HORIZONTALE AFWIJKING (TIJDBASIS) Secundaire CA 922 CA 942 van 25 ns tot 200 s/div. zoals: Werkelijke tijd: van 200 s/div. tot 5 µs/div. ETS: van 2,5 µs/div. tot 125 ns/div. IJkingen tijdbasis Gezoomde ETS: 50 ns/div. en 25 ns/div. Voor de BDT van 200 s/div.
25.4. ACQUISITIEKETEN Secundaire CA 922 CA 942 Resolutie van de ADC 9 bits Maximale frequentie van de 50 MS/s in realtime / 1 omvormer per weg monstername Minimale breedte van detecteerbare Glitchs: > 20 ns Capture van vergankelijken Modus MIN/MAX 1250 koppels MIN/MAX Diepte acquisitiegeheugen 2500 pts per weg...
25.7. WEERGAVE Secundaire CA 922 CA 942 LCD 3.5’’ TFT (kleurweergave) Weergavescherm Backlight LED Resolutie 1/4 VGA, dat wil zeggen: 320 pixels horizontaal x 240 pixels verticaal Venster weergave in normale modus Totaal geheugen: 2500 Zoom horizontaal 540 pts van de 2500 van het totale geheugen Weergavewijzen De hele acquisitie Weergave van alle geacquireerde monsters in een serie met een lineaire intrapola-...
27. TECHNISCHE SPECIFICATIES MODUS "MULTIMETER" Alleen de toegekende tolerantie- en grenswaarden vormen gegarandeerde waarden (na een half uur op temperatuur komen). De waarden zonder tolerantie worden ter indicatie verschaft. Weergave 8000 punten in voltmeter Ingangsimpedantie 1 MΩ Max. ingangspanning 600 Vrms sinus en 600 VDC, zonder sonde Max.
28. MODUS "FOURIERANALYSE" VAN HET NETWERK Weergave van de "harmonischen" Alle harmonischen van 2 tot 16 + grondfrequentie van 17 tot 31 + grondfrequentie Grondfrequentie van het geanalyseerde signaal van 40 tot 50 Hz Nauwkeurigheid van de metingen Niveau van de grondfrequentie ±...
30. ALGEMENE KENMERKEN 30.1. OMGEVING Referentietemperatuur 18 °C tot 28 °C Gebruikstemperatuur 0 °C tot 40 °C Opslagtemperatuur -20 °C tot +60 °C Gebruik binnen Hoogte < 2000 m Relatieve vochtigheid < 80 % tot 35 °C 30.2.
31. MECHANISCHE KENMERKEN 31.1. KAST Afmetingen 214 x 110 x 57 mm Oscilloscoopgewicht 0,960 kg met accu Massa voeding 0,160 kg 31.2. VERPAKKING Afmetingen 25 x 16,5 x 14,5 cm 32. LEVERING 32.1. ACCESSOIRES 32.1.1. GELEVERD MET HET INSTRUMENT ...
33. ONDERHOUD 33.1. REINIGING Maak de sondes of de meetsnoeren los. Schakel het instrument uit. Gebruik een zachte doek met een klein beetje zeepwater. Neem het instrument af met een vochtige doek. Droog het snel af met een droge doek of hete lucht. ...
35. PROGRAMMERINGSHANDLEIDING 35.1. PRESENTATION The oscilloscope can be remotely programmed with a computer, from simple standardized commands and using the optical in- terface USB-RS. The programming instructions comply with standard IEEE488.2, and the SCPI protocol (Standard Commands for Programmable Instruments). This remote programming enables : ...
35.4. COMMAND SYNTAX 35.4.1. COMMON COMMANDS 35.4.2. SPECIFIC COMMANDS 35.4.3. KEY WORDS The brackets ([ ]) are used to frame a keyword which is optional during programming; i.e. the instrument will execute the command whether the keyword is optional or not. Uppercase and lowercase are used to differentiate the short form of the keyword (uppercase letters) and the long form (whole word).
Reminder: The interpreter does not make any difference between capital and small letters. Example : to enter a duration of 1 micro second, it can be written either: 1us, or 0.000001, or 1e-6s, or 1E-3ms … This parameter can also be replaced by the following key words : ...
36. COMMANDS SPECIFIC TO THE INSTRUMENT "OSCILLOSCOPE MODE" 36.1. VERTICAL 36.1.1. DISPLAY DISPlay[:WINDow] :TRACe:STATe{[1]|2|3} (Command/Query) The DISP:TRAC:STAT{[1]|2|3} <1|0|ON|OFF> command validates or devalidates the selected signal. To the question DISP:TRAC:STAT{[1]|2|3}?, the instrument returns the validation status of the selected signal. Channel 3 corresponds to the MATH function. 36.1.2.
36.1.3. FUNCTION DEFINITION CALCulate:MATH [:EXPRession] [:DEFine] (Command/Query) The CALC:MATH <(function)> command defines and activates the mathematical function. <function> is the definition of the mathematical function. Possible functions are: (-A), (-B), (A+B), (A-B), (A*B) ou (A/B). <(multiplier)> is the multiplier to be applied to the function. Possible multipliers are (1), (*2), (*5), (/2) ou (/5).
Pagina 82
TRIGger[:SEQuence {[1]|2}] :FILTer:LPASs[:STATe] (Command/Query) To the question TRIG:FILT:LPAS?, the instrument returns the activation status the reject of the high frequencies associated to the trigger source. 1|ON: activates the high frequencies reject (HF Reject coupling) 0|OFF: deactivates the high frequencies reject; the DC coupling is then activated. ...
36.2.2. TRIGGER MODE - AUTOMATIC MODE TRIGger[:SEQuence {[1]|2}] :ATRIGger[:STATe] (Command/Query) The TRIG:ATRIG <1|0|ON|OFF> command validates or devalidates the automatic trigger. ON|1 activates the auto trigger mode OFF|0 activates the trigger mode To the question TRIG:ATRIG ?, the instrument returns the activation of the auto trigger. 36.2.3.
36.4. DISPLAY 36.4.1. DISPLAY MODE DISPlay[:WINDow]:TRACe :MODE (Command/Query) The DISP:TRAC:MODE <ENVelope|ALL> command selects the sample display mode. ENVelope : displays in the "Envelope" mode ALL : displays in the "All acquisition" mode To the question DISP:TRAC:MODE?, the instrument returns the active display mode. 36.4.2.
Pagina 85
MEASure:AMPLitude? (Query) To the question MEAS: AMPLitude? <INT{1|2|3}> the instrument returns the amplitude of the selected signal. Response format: <measured value><NL> value in format <NR3> expressed in volt. MEASure:AC? (Query) To the question MEAS:AC? <INT{1|2|3}> the instrument returns the RMS voltage of the selected signal. Response format: <measured value><NL>...
Pagina 86
MEASure:PERiod? (Query) To the question MEAS:PERiod? <INT{1|2|3}> the instrument returns the period of the selected signal. Response format: <measured value><NL> value in format <NR3> expressed in second. MEASure:FREQuency? (Query) To the question MEAS:FREQ? <INT{1|2|3}> the instrument returns the frequency of the selected signal. Response format: <measured value><NL>...
DISPlay[:WINDow]:CURSor :TIME{[1]|2}:POSition (Command/Query) The DISP:CURS:TIME{[1]|2}:POS <position|MAX|MIN> command sets the horizontal position of the selected manual cursor. This command acts on the manual cursors represented on the screen by the X-Symboles (cursor 1) and * (cursor 2). The indexes {[1]|2} associated to the TIME key word select the same cursors. <position>...
Pagina 88
TRACe:LIMit (Command/Query) The TRAC:LIM <abscissa1>,<abscissa2>,<step> command sets the left and right limits and the step of the data to be transferred. <abscissa1>,<abscissa2>,<step> are parameters using format NR1. Their default value is 0, 2499 and 1. To the question TRAC:LIM?, the device returns the left and right limits and the step of the data to be transferred.
FORMat[:DATA] (Command/Query) The FORM <INTeger|ASCii|HEXadecimal|BINary> command selects the data format of the trace transfer. INTeger: The data transmitted consists in whole numbers, unsigned with a length of 32 bits, preceded by the heading #an. n represents the number of data items to transmit. a gives the number of figures making up n.
Pagina 90
MMEMory:DATA (Command/Query) The MMEM:DATA <"file">,<block> command transfers a file from the PC to the device. <"file"> consists in a name of 20 letters maximum, followed by a period and the 3-letter extension. If the file already exists, it will be overwritten by the new file. The text files (".txt") cannot be imported from the PC to the device.
Pagina 91
36.7.3. RUN/STOP INITiate:CONTinuous :NAME (Command) The INIT:CONT:NAME <{EDGE|PULse}>,<1|0|ON|OFF> command starts or stops the acquisition in repetitive mode in the indicated trigger mode. ABORt (Command) The ABOR command aborts the acquisition in progress. If the instrument is set in the single mode, the acquisition is stopped. The instrument stays in the ...
36.8. HELP HELP[?] (Query) To the question HELP? [« directory entry »] the instrument answers helping in the SCPI commands available. « directory entry » is a key word (short or long form) of first level in the tree of the command. No distinction is made between small and capital letters.
37. COMMANDS SPECIFIC TO THE INSTRUMENT "MULTIMETER MODE" 37.1. VERTICAL INPut{[1]|2|3|4}:DMM :COUPling (Command/Query) The INP{[1]|2}:DMM:COUP <AC|DC|ACDC> command affects the coupling of the selected channel. To the question INP{[1]|2}:DMM:COUP? the instrument returns the current coupling of the selected channel. INPUT{[1]|2|3|4}:DMM :BANDwidth:AUTO (Command/Query) The INP{[1]|2}:DMM:BAND:AUTO <1|0|ON|OFF>...
37.2. RECORDING TIME [SENSe]:SWEep:TIME[?] (Command/Query) The SWE:TIME <time|MAX|MIN|UP|DOWN> command sets the recording time. <time> is a value in NRf format and may be followed or not by a multiple of the unit. By default, it is expressed in second. To the question SWE:TIME? the instrument returns the recording time. Response format: <time><NL>...
Pagina 95
37.4.2. EXECUTION ERRORS: (-299 TO -200) They indicate that an error has been detected at the moment of command execution and causes event register bit 4, called EXE, Execution Error, to be set to 1. -200 Execution error -213 Init ignored -221 Settings conflict -222...
38. IEEE 488.2 COMMON COMMANDS 38.1. INTRODUCTION The common commands are defined by the IEEE 488.2 standard. They are operational on all instruments which are specified IEEE 488.2. They command basic functions such as: identification, reset, configuration reading, ...
38.2.2. STATUS REGISTERS Reading only *STB? common command. In this case, the (MSS) 6 Bit is returned and remain in the status it was before reading [see §. *STB (Status Byte)] The *CLS common command is reset to zero. Delaited description Request Service (6 bit) Indicates if the instrument requests a service.
Device Dependant Error 3 (bit) An error specific to the instrument has been detected. Query Error (2 bit) A query error has been detected. Request Control (1bit) Always at zero. Operation Complete (0 bit) All operations running are ended. 38.2.5. EVENT MASK REGISTER Reading and writing ...
Pagina 99
*IDN? (Identification Number) (Query) To the question *IDN?, the instrument returns the type of instrument and the software version. Response format: <instrument>,<firmware version>/<hardware version>,<serial number<NL> <instrument> Instrument name (CA922 or CA942) <firmware version> Software version <hardware version> PCB version <serial number> Instrument serial number *OPC (Operation Complete)
*TST? (Test) (Query) To the question *TST?, the instrument returns the status of the autotest procedure. Response format: <0|1><NL> responds 0 when the autoset is successful. responds 1 when a problem has been detected. *WAI (Wait) (Command) The command *WAI prevents the instrument from performing further commands as long as the current command has not been terminated.