4. Stel de scanfuncties in op het tabblad Geavanceerd, Afbeelding of
Uitvoer. (Zie "De instellingen van de scanfunctie wijzigen" op
pagina 80.)
5. Druk op het tabblad Basis om het e-mailadres in te voeren.
•
Van: Aanraken Van. Het toetsenbord verschijnt op het scherm.
Voer met dit toetsenbord de e-mailadressen in. U kunt ook Lokaal
en Globaal gebruiken om de adressen op een eenvoudig manier in
te voeren. (Zie "Globaal" op pagina 75.)
•
Aan/CC/BCC: Hier kunt u het e-mailadres van de ontvanger
invoeren met het toetsenbord dat verschijnt of door op Lokaal of
Globaal te drukken. De adressen uit Lokaal of Globaal zijn vooraf
geladen adreslijsten van uw computer of de LDAP-server die is
geconfigureerd in de webinterface. (Zie "Globaal" op pagina 75.)
•
Onderwerp: de titel van het e-mailbericht.
•
Bericht: De inhoud van het e-mailbericht. De maximale
bestandsgrootte van het e-mailbericht is 1 KB.
Als u eerder ingevoerde inhoud wilt verwijderen, drukt u op
Alles verwijd..
6. Stel de scankwaliteit in met Dubbelzijdig en Resolutie.
•
Dubbelzijdig: hiermee stelt u de scanner in op enkelzijdige of
dubbelzijdige originelen.
•
Resolutie: hiermee stelt u de scanresolutie in door op de pijl-links
en de pijl-rechts te drukken.
7. Druk op de knop Start om het bestand te scannen en te verzenden.
U kunt geen kopieertaak uitvoeren of een fax verzenden terwijl het
apparaat bezig is met het verzenden van een e-mailbericht.
E-mailadressen opslaan
Er bestaan twee soorten e-mailadressen: Lokaal in het geheugen van het
apparaat en Globaal op de LDAP-server. Deze verschillen afhankelijk van
de plaats waar ze zijn opgeslagen. Lokaal betekent dat de e-mailadressen
worden opgeslagen in het geheugen van het apparaat en Globaal betekent
dat de e-mailadressen op een bepaalde (LDAP-) server worden
opgeslagen.
Via SyncThru™ Web Service kunt u op een eenvoudige manier
e-mailadressen van uw computer invoeren en opslaan.
Opslaan op uw computer
Deze methode veronderstelt dat u uw e-mailadressen in het geheugen
van uw apparaat opslaat. U kunt e-mailadressen toevoegen en ze in
aparte categorieën groeperen.
Individueel
1. Schakel de computer die op het netwerk is aangesloten in en open
de webbrowser.
2. Voer het IP-adres van het apparaat in op de adresregel van de
browser.
3. Klik op Ga naar om toegang te krijgen tot SyncThru™ Web Service.
4. Klik op Machine Settings > E-mail Setup > Individual Address
Book. Rechts verschijnt het scherm Individual Address Book.
5. Klik op Add.
6. Wanneer het scherm Add E-Mail verschijnt, selecteert u een waarde
voor Index en voert u User Name en E-mail Address in.
7. Klik op Apply.
8. Controleer of de e-mailberichten op de juiste wijze op uw apparaat
zijn opgeslagen en worden weergegeven door te drukken op Lokaal
en met behulp van de pijl-links/pijl-rechts Individueel te selecteren.
9. Druk op de toets voor de eerste letter van het adres dat u zoekt.
Of druk op Zoeken om het volledige e-mailadres in te voeren en
druk vervolgens op OK.
Zodra de zoekopdracht is voltooid, worden de zoekresultaten
weergegeven op het scherm.
Groep
1. Open SyncThru™ Web Service vanaf uw computer.
2. Zorg dat u Individual Address Book hebt geconfigureerd.
3. Klik op Machine Settings > E-mail Setup > Group Address Book.
Rechts verschijnt het scherm Group Address Book.
4. Klik op Add.
5. Selecteer de waarde voor Group en voer Group Name in.
6. Selecteer e-mailadressen door de selectievakjes in te schakelen.
7. Klik op Apply.
8. Controleer of de e-mailberichten op de juiste wijze op uw apparaat
zijn opgeslagen en worden weergegeven door te drukken op Lokaal
en met behulp van de pijl-links/pijl-rechts Groep te selecteren.
9. Druk op de toets voor de eerste letter van het adres dat u zoekt.
Of druk op Zoeken om het volledige e-mailadres in te voeren en
druk vervolgens op OK.
Zodra de zoekopdracht is voltooid, worden de zoekresultaten
weergegeven op het scherm.
Globaal
E-mailadressen die in Globaal zijn opgeslagen op uw apparaat, worden
verwerkt door de LDAP-server.
1. Schakel de computer die op het netwerk is aangesloten in en open
de webbrowser.
2. Voer het IP-adres van het apparaat in op de adresregel van de
browser.
3. Klik op Ga naar om toegang te krijgen tot SyncThru™ Web Service.
4. Klik op Machine Settings > LDAP Server Setup. Rechts verschijnt
het scherm LDAP Server.
5. Selecteer IP Address of Host Name en voer LDAP server and Port
in.
6. Voer optionele gegevens in.
7. Klik op Apply.
De LDAP-beheerder moet de e-mailadresgegevens opslaan. De
opslagmethode verschilt afhankelijk van de server en het
besturingssysteem.
Invoeren e-mailadressen via het adresboek
Zodra u veelgebruikte e-mailadressen hebt opgeslagen in het
adresboek, kunt u e-mailadressen invoeren op de volgende eenvoudige
manier:
1. Druk op Lokaal of Globaal op het tabblad Basis van Scan nr
e-mail.
2. Druk op de toets voor de eerste letter van het adres dat u zoekt.
Of druk op Zoeken om het volledige e-mailadres in te voeren en
druk vervolgens op OK.
Zodra de zoekopdracht is voltooid, worden de zoekresultaten
weergegeven op het scherm.
3. Druk op Van en selecteer het gewenste e-mailadres uit de e-maillijst
en druk vervolgens op Toep..
Doe hetzelfde om Aan, CC of BCC in te voeren.
4. Druk op OK.
Scannen_ 75