Inhoudsopgave
Advertenties
De montagebeugel van het type 3 heeft een reeks
gaten voor M8-bouten of zelftappende schroeven en
moet met minimaal 3 stuks van een van beide aan de
behuizing worden bevestigd.
De positie van de beugel kan veranderd worden via de
bouten aan de zijkant van de bedieningskast en maakt
een bevestiging vanaf de bovenkant [# 1], of een
bevestiging vanaf de achterkant [# 2] van de kast
mogelijk.
Bevestig alle bouten en moeren met het vereiste
aandraaimoment.
Optie OAM025 biedt een snelmontagebeugel om de
bedieningskast op de bumperbuis te monteren.
11.2 INSTALLATIE VAN DE (+) BATTERIJKABEL EN DE (-) AARDINGSKABEL
AANHANGSEL 16.3 op pagina 58 verstrekt belangrijke informatie
over batterijformaten en kabeldiktes. Zorg ervoor dat u voldoet aan
de minimale elektrische eisen in dit aanhangsel.
AANHANGSELS 16.5 - 16.6 vanaf pagina 63 bevatten belangrijke
informatie over de manier waarop de (+) batterijkabel en de (-)
aardingskabel op de buitenbedieningskast en de hydraulische groep
aangesloten moeten worden. Zorg ervoor dat u zich aan deze
instructies houdt.
Het is een goede gewoonte om dubbele kabels te gebruiken, d.w.z.:
1. Een (+) batterijkabel van de hoofdstroomzekering naar de batterijschakelaar van de bedieningskast (indien van toepassing),
of naar de inkomende hoofdpool van het startrelais;
2. En een (-) aardingskabel, van de negatieve pool van de batterijen tot de negatieve pool van de elektromotor.
Een korte (-) aardingskabel naar de carrosserie van het voertuig is gevoelig voor oxidatie, slecht contact en storingen. Bovendien
is het niet toegestaan op veel moderne bedrijfsvoertuigen.
Bij bedieningskasten van type 1 en type 2 wordt de (-) aardingskabel rechtstreeks van de batterijen naar het aardingspunt van de
elektromotor geleid.
Bij bedieningskasten van type 3 is het mogelijk om de (-) aardingskabel te splitsen van de negatieve pool van de batterijen naar
het aardingspunt van de elektromotor en deze in de achterste hoek van de bedieningskast aan te sluiten. Breng een dikke laag
corrosiewerend vet aan om het aansluitpunt te beschermen tegen corrosie.
Zorg voor een flexibele beschermpijp over de volledige lengte van de (+) batterijkabel [# 1 onder] en de (-) aardingskabels [# 2].
Vergewis u ervan dat deze pijp geschikt is voor automobieldoeleinden en dat de klasse ervan is aangepast aan mogelijke
nabijgelegen warmtebronnen. Gelieve bij twijfel uw nationale DHOLLANDIA-verdeler te contacteren. Zie contactinformatie op
pagina 4.
Bevestig alle verbindingen aan beide uiteinden van de kabels grondig. Losse verbindingen kunnen leiden tot slechte contacten
en oververhitting, gevolgd door een voortijdige uitval van het elektrische circuit.
Breng een dikke laag diëlektrisch vet aan op de elektrische verbindingen van de hoofdzekering en de batterijen.
DHOLLANDIA
44
Advertenties
Inhoudsopgave
