8.4
BEVESTIGING VAN DE MONTAGEPLATEN OAM014
De instructies voor de snelmontageplaten OAM014 voor onregelmatige chassis worden verschaft bij de orderbevestiging of
kunnen bij uw nationale DHOLLANDIA-verdeler opgevraagd worden. Zie contactinformatie op pagina 4.
Volg deze instructies nauwkeurig op. Contacteer bij twijfel uw nationale DHOLLANDIA-verdeler.
Positioneer het laadklepframe, de montageplaten, de bouten en de moeren in overeenstemming met de instructies in deze
handleiding.
Bevestig de montagebouten met het vereiste aandraaimoment. Zie aanhangsel 16.2 op pagina 57 (waarden voor
"afschuiven").
Het niet in acht nemen hiervan kan leiden tot een val van de laadklep en de lading, en kan de operator en omstanders in
gevaar brengen voor ernstig persoonlijk letsel of de dood.
De montageplaten zijn voorzien van sleufgaten, zodat het laadklepframe naar voor en naar achter geschoven kan worden zolang
de bouten niet vastgemaakt zijn. Gebruik deze mogelijkheid om de positie van het laadklepframe aan te passen en te
optimaliseren.
De MONTAGETEKENING toont precies waar het laadklepframe op de montageplaten en de sleufgaten gemonteerd moet
worden.
Indien er geen montagetekening beschikbaar is, verbindt u de hefarm met de montagemallen of het platform (zie 7 vanaf pagina
17). Breng het laadklepframe omhoog totdat de montagegaten in het frame op één lijn liggen met de sleufgaten in de
montageplaten.
Zorg ervoor dat de afmetingen in overeenstemming zijn met de maximale montageparameters
DHOLLANDIA
VOORBEELD
WAARSCHUWING
28
mfc, mcg,
vfh.