4.7.5
Mengermodule RoCon M1
Op de GCU compact kan de mengermodule EHS157068 aangeslo-
ten worden (printplaatstekker J13), die via de elektronische ketelre-
geling wordt geregeld.
INFORMATIE
Deze component wordt met een aparte installatiehandlei-
ding aangeleverd. Instel- en bedieningsaanwijzingen, zie
de meegeleverde regelingshandleiding.
4.7.6
Kamerregelaar RoCon U1
Voor de instelling van bedrijfsmodi en gewenste ruimtetemperaturen
op afstand vanuit een ander vertrek kan voor ieder verwarmingscir-
cuit een aparte ruimteregelaar EHS157034 worden aangesloten.
INFORMATIE
Deze component wordt met een aparte installatiehandlei-
ding aangeleverd. Instel- en bedieningsaanwijzingen, zie
de meegeleverde regelingshandleiding.
4.7.7
Internet-Gateway RoCon G1
Via de optionele gateway EHS157056 kan de regeling met internet
worden verbonden. Daarmee is de afstandsbesturing van de
GCU compact via mobiele telefoons (via app) mogelijk.
INFORMATIE
Deze component wordt met een aparte installatiehandlei-
ding aangeleverd. Instel- en bedieningsaanwijzingen, zie
de meegeleverde regelingshandleiding.
4.7.8
Ruimtethermostaat
INFORMATIE
Bij deze component is afzonderlijke handleiding bijge-
voegd, die o.a. instructies over het inbouwen en het ge-
bruik bevat.
Afb. 4-38
Aansluiting met kabelgebonden ruimtethermostaat (bij
wijze van voorbeeld de RT = RKRTW)
Gas Combi Unit
Op de vloer geplaatste HR-gasketel met geïntegreerde boiler
008.1543899_02 – 04/2019 – NL
4
Afb. 4-39
Aansluiting met een draadloze ruimtethermostaat (bij
wijze van voorbeeld de RT-E = RKRTR)
4.7.9
Extern schakelcontact
Door de aansluiting van een extern schakelcontact
de bedrijfsmodus van de GCU compact worden omgeschakeld.
Door een veranderende weerstandswaarde wordt de actuele be-
drijfsmodus omgeschakeld
(Tab.
drijfsmodus werk zolang het externe schakelcontact gesloten is.
De bedrijfsmodus heeft effect op het directe circuit van de
GCU compact en op alle andere verwarmingscircuits die optioneel
op dit apparaat zijn aangesloten.
De op het display van de regeling aangegeven bedrijfsmodus kan
hierbij van de door de stand van een draaischakelaar
veerde bedrijfsmodus verschillen.
Een door het externe schakelcontact geactiveerde bedrijfsmodus
wordt op het display van de regeling door "EXT.", gevolgd door het
symbool van de bedrijfsmodus aangegeven (zie de gebruikshandlei-
ding van de regeling).
Als er speciale functies als bijv. "Handmatige modus" zijn geacti-
veerd, wordt de ingang niet geanalyseerd.
Afb. 4-40
Aansluiting EXT-schakelcontact
Montage en installatie
(Afb.
4-40) kan
4-4). Het omschakelen van de be-
geacti-
Installatie- en gebruikshandleiding
35