Algemene veiligheidsinstructies voor elektrische gereedschappen
zaagspleet bevinden. Bij korte sneden kan
de spleetbout geen terugslag voorkomen.
e) Gebruik de zaag nooit met een
verbogen spleetbout. Reeds een kleine
storing kan het sluiten van de beschermkap
verlangzamen.
WAARSCHUWING! Bescherm
uzelf tegen laserstraling:
LASER STRALING
STAAR NIET IN DE STRAAL
KLASSE 2 LASER PRODUKT
P max.: < 1 mW · : 650 nm
EN 60825-1: 2007
½
Kijk nooit direct in de laserstraal of in de
laseruitlaat.
WAARSCHUWING!
laseruitgang
12 a
met optische instrumenten
(bijv. loep, vergrootglazen e.d.) is verbonden
met gevaar voor de ogen.
½
Richt de laserstraal nooit op reflecterende vlak-
ken, op mensen of op dieren. Zelfs een kort
oogcontact met de laserstraal kan oogletsel
veroorzaken.
Batterijen vervangen:
½
Open de afdekking van het batterijvakje
met een geschikte kruiskopschroevendraaier
(zie afb. G).
½
Verwijder de verbruikte batterijen.
½
Plaats twee nieuwe 1,5 V alkalinebatterijen LR44
(bijv. GPA 76) overeenkomstig de polariteit en
schroef de afdekking van het batterijvakje
weer vast.
50 NL
Het bekijken van de
10
10
VOORZICHTIG! Wanneer andere bedie-
nings- of aanpassinginrichtingen of andere
werkwijzen worden gehanteerd dan hier
beschreven staan, kan dat leiden tot gevaarlijke
blootstelling aan straling.
Zo handelt u correct:
½
Trek in geval van gevaar de steker uit de
contactdoos.
½
Gebruik het apparaat nooit ondoelmatig.
½
Het apparaat moet steeds schoon, droog en
vrij van olie of andere smeermiddelen zijn.
½
Bij stationair gebruik mag de machine alleen
worden ingezet op een zaagtafel met aan-
loopbescherming.
½
Schakel de machine eerst in en zet hem dan
pas op het werkstuk.
½
Leid de machine tijdens het werken altijd weg
van uw lichaam.
½
Asbesthoudend materiaal mag niet worden
bewerkt.
½
De zaaglijn moet aan boven- en onderzijde vrij
van hindernissen zijn.
½
Het zaagblad mag niet meer dan 3 mm buiten
het werkstuk uitsteken.
½
Let tijdens het zagen steeds op dat u niet in
spijkers, schroeven enz. zaagt.
½
Werk nooit bovenhoofds met deze machine.
½
Bescherm het zaagblad tegen storen en slagin-
werking en zorg dat het niet kantelt.
½
Rem het zaagblad na het uitschakelen van de
machine nooit extra af.
½
Zaagbladen met scheurtjes of in vervormde
zaagbladen mogen niet worden gebruikt. HSS-
(Hoogrendements-Snelsnij-Staal) zaagbladen
mogen niet worden gebruikt.
½
Trek vóór alle werkzaamheden aan de machine,
bijv. instellen van de grondplaat enz., altijd de
netsteker uit de contactdoos.
½
Verwijder nooit spaanders of slijpsel bij lopende
machine.
½
Bij de bewerking van hout of andere materialen
waarbij gezondheidsschadelijk stof ontstaat,
dient de handcirkelzaag te worden aangesloten
op een passende, gekeurde afzuiginstallatie.