4.
Plaats het papier in de lade met de te bedrukken zijde omhoog. Zorg ervoor dat de geleiders de
stapel papier net raken zonder dat de stapel gaat opbollen.
OPMERKING:
voorkomen. Let erop dat de bovenkant van de stapel niet boven de maximale-hoogte-indicator
uitkomt.
OPMERKING:
splitst, kan dit leiden tot problemen met het oppakken van meerdere vellen tegelijk. De capaciteit
van de papierlade kan variëren. Als u bijvoorbeeld papier van 75 g/m
heel pak van 500 vel bevatten. Als het afdrukmateriaal zwaarder is, kunt u niet een heel pak in de
lade plaatsen. Maak de lade niet te vol.
OPMERKING:
materiaal vastlopen.
5.
Schuif de lade in het apparaat. Op het bedieningspaneel wordt de soort en het formaat van het
afdrukmateriaal voor de lade weergegeven. Als de configuratie niet juist is, drukt u op vinkje
het bedieningspaneel. Als de configuratie juist is, drukt u op de pijl terug
Niet-detecteerbare standaardpapierformaten in lade 2, 3, 4 en 5 plaatsen
Het volgende niet-detecteerbare afdrukmateriaal met standaardformaat wordt ondersteund in laden
voor 500 vel:
●
Executive (JIS) (8,5 x 13)
●
12 x 18 (alleen lade 3, 4 of 5)
●
B4 (ISO)
98
Hoofdstuk 7 Papier en afdrukmateriaal
Er mag niet teveel papier in de invoerlade worden geplaatst om storingen te
Plaats het gehele pak papier in de lade voor het beste resultaat. Als u het pak
Als de lade niet goed is bijgesteld, wordt een foutbericht weergegeven of kan het
2
gebruikt, kan de lade een
.
NLWW
op