Download Print deze pagina

Instellingen; Werkinstructies; Elektrische Aansluiting - Parkside PKS 1500 A1 Gebruiksaanwijzing

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

Instellingen

AFKORTEN
LET OP: Controleer of de motor van de machine uitge-
schakeld is voordat u de onderstaande instelwerkzaam-
heden uitvoert.
Draaien van de tafelplaat (afb. 2)
De afkortzaag kan met de draaitafel naar links en
rechts gedraaid worden. Met de schaalverdeling is een
nauwkeurige hoekinstelling mogelijk. De hoek van 0° tot
45 ° kan snel en nauwkeurig worden gearrêteerd op 15°,
22,5° en 30°.
Om de draaitafel te verdraaien, moet u de borgschroef
(21) losdraaien en de zaageenheid aan de handgreep
(20) draaien tot de gewenste hoek is bereikt. Zet de ma-
chine daarna vast met de borgschroef (21).
Schuin plaatsen van de zaageenheid (afb. 3)
De zaageenheid kan schuin worden geplaatst tot een
hoek van 45°.
Draai de handgreep (23) los aan de achterkant van de
machine en kantel de zaageenheid met behulp van de
schaalverdeling in de gewenste hoek. De hoek kan wor-
den bepaald met behulp van de schaalverdeling (24) en
de naald (25). Draai het handvat daarna weer vast.

Werkinstructies

Wanneer u alle hiervoor beschreven stappen hebt uitge-
voerd, kunt u beginnen met de werkzaamheden.
LET OP: Blijf altijd met uw handen uit de buurt van de
verwerkingszones en kom hier in geen geval tijdens het
zagen.
VASTZETTEN VAN HET WERKSTUK
Om het werkstuk vast te zetten, klemt u het met de
werkstukklem (10 - afb. 1) vast op de werktafel.
Afkorten (afb. 4)
• Ontgrendel de blokkeerknop (26).
• Til de zaageenheid aan het handvat (2) omhoog totdat
hij in de bovenste stand vastklikt.
• Druk het werkstuk gelijkmatig tegen de aanslaglijsten
(27) en let erop dat uw handen zich buiten de verwer-
kingszone van het zaagblad bevinden.
• Houd uw rechterhand aan de handgreep (2) en druk
op de blokkeerhendel (3) zodat de zaageenheid naar
beneden kan worden bewogen.
• De motor gaat draaien wanneer u de startknop (1)
indrukt.
• Beweeg het zaagblad langzaam naar het werkstuk en
zaag het door met matige druk.
• Beweeg de zaageenheid weer naar de bovenste uit-
gangspositie totdat hij vergrendelt.
• Laat de handgreep (1) los zodat de motor uitschakelt.
Zaagblad vervangen (afb. 5)
• Neem de stekker uit het stopcontact.
• Breng de zaageenheid in de stand „Afkorten".
• Ontgrendel de beweegbare zaagbladbescherming (6)
All manuals and user guides at all-guides.com
door de blokkering (3 - afb. 1) in te drukken en til
daarbij de zaagbladbescherming zodanig op dat het
zaagblad vrijkomt.
• Druk de spilarrêtering (22 - afb. 3) in.
• Draai de zaagbladbevestigingsbout (28) los (let op:
linkse schroefdraad).
• Verwijder de bout (28) en de zaagbladflens (29).
• Neem het zaagblad voorzichtig uit (gevaar voor letsel
door zaagbladtanden).
• Plaats het nieuwe zaagblad op de binnenste zaag-
bladflens. Let daarbij op de draairichting van het zaag-
blad.
• Plaats de buitenste zaagbladflens en draai de bout
stevig vast.
• Breng de zaagbladbeveiliging weer in de juiste stand.
Vervangen van de laserbatterijen (afb. 6)
• Verwijder het deksel van de laserbatterij (30). Verwi-
jder de 2 batterijen.
• Vervang beide batterijen door dezelfde batterijen of
een gelijkwaardig type. Let erop dat ze in dezelfde
polariteitsrichting worden geplaatst als de oude bat-
terijen.
• Sluit het batterijdeksel.
Laser in- en uitschakelen
Inschakelen: Aan/Uit-schakelaar naar de stand "1"
brengen. Een laserlijn wordt op het te bewerken stuk
geprojecteerd die exact aanduidt langs waar het snij-
den dient te gebeuren.
Uitschakelen: Aan/Uit-schakelaar naar de stand "0"
brengen.
m Elektrische aansluiting
de geïnstalleerde elektromotor is bedrijfsklaar
aangesloten. de aansluiting voldoet aan de rele-
vante VdE- en dIN-voorschriften.
de netaansluiting van de klant en het gebruikte
verlengsnoer moeten eveneens aan deze voor-
schriften voldoen.
Belangrijke aanwijzingen
Bij overbelasting van de motor schakelt deze vanzelf
uit. Na een afkoeltijd (deze tijd is verschillend) kan de
motor weer worden ingeschakeld.
defecte elektrische aansluitkabel
Bij elektrische aansluitkabels treedt vaak schade aan
de isolatie op.
Mogelijke oorzaken zijn:
• Versleten plekken, als aansluitkabels door venster-
of deuropeningen worden geleid.
• Knikken door een onvakkundige bevestiging of ge-
leiding van de aansluitkabel.
• Snijplekken omdat over de aansluitkabel is gereden.
• Beschadigde isolatie omdat de stekker uit het stop-
contact is getrokken.
• Scheuren door veroudering van de isolatie.
Dergelijke defecte elektrische aansluitkabels mogen
NL/BE
29

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ian 93463