®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
[194]
Band defect
[195]
Bypassklepregeling
[196]
Brandmodus
[197]
Brandmodus was actief
[198]
Omv.bypass
Onderstaande instelmogelijkheden hebben allemaal betrekking op de cascaderegelaar.
Voor meer informatie over bedradingsschema's en parameterinstellingen, zie 25-**.
[200]
Volle capac.
[201]
Pomp 1 draait
[202]
Pomp 2 draait
[203]
Pomp 3 draait
Instelling in par. 5-3*
[200] Pomp 1 draait
[201] Pomp 2 draait
[203] Pomp 3 draait
Er is een situatie met een defecte band gedetecteerd. Deze functie moet zijn ingeschakeld in
Par. 22-60
Functie Defecte band
De bypassklepregeling (digitale/relaisuitgang in de frequentieomvormer) wordt gebruikt voor com-
pressorsystemen om de compressor door middel van een omloopklep te ontlasten tijdens het op-
starten. Nadat het startcommando is gegeven, zal de omloopklep open blijven totdat de frequen-
tieomvormer de ingestelde waarde in Par. 4-11
de limiet is bereikt, wordt de omloopklep gesloten, waardoor de compressor weer normaal zal wer-
ken. Deze procedure zal pas opnieuw worden geactiveerd als een nieuwe start wordt geïnitieerd en
de snelheid van de frequentieomvormer tijdens de ontvangst van het startsignaal nul is.
Startvertraging
Par. 1-71
kan worden gebruikt om de motorstart te vertragen. Het principe van de
bypassklepregeling:
De frequentieomvormer werkt in de Brandmodus. Zie parametergroep 24-0*
De frequentieomvormer heeft in de Brandmodus gewerkt, maar is nu teruggekeerd naar normaal
bedrijf.
Te gebruiken als een signaal voor het activeren van een externe elektromechanische bypass waar-
mee de motor rechtstreeks op het net wordt geschakeld. Zie 24-1*
Als de omvormerbypassfunctie wordt ingeschakeld, voldoet de frequentieomvor-
mer niet langer aan de veiligheidseisen (m.b.t. het gebruik van de functie Veilige
stop in relevante omvormers).
Alle pompen draaien op volle snelheid.
Een of meer pompen die door de cascaderegelaar worden bestuurd, draaien. De functie hangt mede
af van de instelling in Par. 25-06
betrekking op de pomp die wordt bestuurd door RELAIS 1 enz. Als deze parameter is ingesteld op
Ja
[1] heeft pomp 1 betrekking op de pomp die enkel door de frequentieomvormer wordt bestuurd
(waarbij geen enkel ingebouwd relais betrokken is) en pomp 2 op de pomp die wordt bestuurd door
RELAIS 1. Zie onderstaande tabel:
Zie [201].
Zie [201].
[0] Nee
Bestuurd door RELAIS 1
Bestuurd door RELAIS 2
Bestuurd door RELAIS 3
MG.11.C9.10 – VLT
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
.
Motorsnelh. lage begr. [RPM]
Aantal pompen
. Als deze is ingesteld op
Aantal pompen
Instelling in Par. 25-06
Bestuurd door frequentieomvormer
Bestuurd door RELAIS 1
Bestuurd door RELAIS 2
3 Parameterbeschrijving
heeft bereikt. Nadat
Brandmodus.
Omv.bypass
.
Nee
[0] heeft pomp 1
[1] Ja
3
87