®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
3.7.4 Digitale ingangen, 5-1* vervolg
Alle = klem 18, 19, 27, 29, 32, 33, X30/2, X30/3, X30/4. X30/ zijn de klemmen op MCB 101.
Functies die specifiek zijn voor één digitale ingang worden in de betreffende parameter vermeld.
Alle digitale ingangen kunnen worden ingesteld op de volgende functies:
[0]
Geen functie
[1]
Reset
[2]
Vrijloop geïnv.
[3]
Vrijloop & reset inv
[5]
DC-rem geïnv.
[6]
Stop geïnverteerd
[7]
Ext. vergrendeling
[8]
Start
[9]
Pulsstart
[10]
Omkeren
[11]
Start omgekeerd
[14]
Jog
[15]
Digitale ref. aan
Geen reactie op signalen die naar de klem worden gestuurd.
Reset de frequentieomvormer na een uitschakeling/alarm. Niet elk alarm kan worden gereset.
Laat de motor vrijlopen. Logisch '0' => vrijloop na stop.
(standaard voor digitale ingang 27): Vrijloop na stop, ingang geïnverteerd (NC).
Reset en vrijloop na stop, ingang geïnverteerd (NC).
Laat de motor vrijlopen en voert vervolgens een reset van de frequentieomvormer uit. Logisch '0'
=> vrijloop na stop en reset.
Ingang geïnverteerd voor DC-rem (NC).
Stopt de motor door gedurende een bepaalde tijd gelijkstroom toe te voeren. Zie Par. 2-01
remstroom
Inschakelsnelh. DC-rem [tpm]
tot Par. 2-03
DC-remtijd
waarde in Par. 2-02
Geïnverteerde stopfunctie. Genereert een stopfunctie wanneer de geselecteerde klem van logisch
'1' naar '0' gaat. De stop wordt uitgevoerd in overeenstemming met de geselecteerde uitlooptijd
Ramp 1 uitlooptijd
(Par. 3-42
Ramp 4 uitlooptijd
Par. 3-72
).
NB!
Wanneer de frequentieomvormer de koppelbegrenzing heeft bereikt en een stop-
commando heeft ontvangen, zal hij mogelijk niet vanzelf stoppen. Om ervoor te
zorgen dat de frequentieomvormer stopt, moet een digitale uitgang worden in-
gesteld op
gesloten op een digitale ingang die als vrijloop is ingesteld.
Dezelfde functie als Vrijloop, geïnv. maar Ext. vergrendeling genereert de alarmmelding 'externe
storing' op het display wanneer de geprogrammeerde klem voor Vrijloop, geïnv. logisch '0' is. De
alarmmelding wordt ook actief via digitale uitgangen en relaisuitgangen als deze voor Ext. vergren-
deling zijn geprogrammeerd. Het alarm kan worden gereset via een digitale ingang of de [Reset]-
toets als de oorzaak voor de externe vergrendeling is weggenomen. In Par. 22-00
del.vertr.
kan een vertragingstijd worden geprogrammeerd. Nadat een signaal op de ingang wordt
toegepast, zal bovenstaande actie worden vertraagd met de ingestelde tijd in Par. 22-00
grendel.vertr.
.
Selecteer start voor een start/stopcommando. Logisch '1' = start, logisch '0' = stop.
(Standaard voor digitale ingang 18)
De motor start als gedurende minstens 2 ms een puls wordt gegeven. De motor stopt na activering
van Stop geïnv.
Wijzigt de draairichting van de motoras. Logisch '1' leidt tot omkeren. Het omkeersignaal wijzigt
alleen de draairichting. Het activeert de startfunctie niet. Selecteer Bidirectioneel in Par. 4-10
richting motor
.
(Standaard voor digitale ingang 19)
Gebruikt voor start/stop en voor omkeren via dezelfde draad. Gelijktijdige startsignalen zijn niet
toegestaan.
Gebruikt om de jogsnelheid in te schakelen. Zie Par. 3-11
(Standaard voor digitale ingang 29)
Gebruikt om te schakelen tussen externe referentie en digitale referentie. Hiervoor moet
digitaal
[1] echter zijn geselecteerd in Par. 3-04
actief; logisch '1' = een van de acht digitale referenties actief.
MG.11.C9.10 – VLT
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
. Deze functie is alleen actief wanneer de
niet 0 is. Logisch '0' => DC-remmen.
Ramp 2 uitlooptijd
, Par. 3-52
, Par. 3-62
Koppelbegr. & stop
[27] en moet deze digitale uitgang worden aan-
Jog-snelh. [Hz]
Referentiefunctie
3 Parameterbeschrijving
DC-
Ramp 3 uitlooptijd
,
Ext. vergren-
Ext. ver-
Draai-
.
Extern/
. Logisch '0' = externe referentie
3
81