Remanentie
Remanente hulprelais
(merkers)
156
Werking van de remanentie
De remanente merkers M13, M14, M15, M16,
D1 t/m D8 kunnen in combinatie met de volgende
spoelfuncties worden toegepast.
Set
Impulsrelais
Reset
Opmerking!
Wanneer de voorwaarde tot reset van de merker
is gegeven, dan wordt de merker gereset.
Daarbij moet absoluut op het volgende worden gelet:
Vanwege de werking van „easy" blijft het maakcontact
ingeschakeld resp. het verbreekcontact uitgeschakeld.
Diet geldt ook wanneer bij het inschakelen van de
voedingsspanning de resetvoorwaarde actief is.
Dit gedrag kan een flikkereffect bij een lamp of een
magneetventiel veroorzaken.
Let absoluut op de voorbeelden van de
schakelschema's voor de afzonderlijke spoelfuncties.
De volgende spoelfuncties zijn niet toegestaan:
ÄM13
ÄM16
t/m
Voorbeelden
S/R-spoel (verbreekcontact)
Opgave:
Er moet worden opgeslagen of er een schroef moet
worden geplaatst of niet. Bij het inschakelen van de
installatie mag een al geplaatste schroef niet
nogmaals worden geplaatst omdat anders het
werkstuk wordt beschadigd resp. er productie-uitval
ontstaat.
S M.., D..
ä
M.., D..
R M.., D..
ÄD1
ÄD8
,
t/m