M e t e r s , c o n t r o l e l a m p e n e n b e d i e n i n g s e l e m e n t e n
3.4 Beschrijving van de indica-
tie- en bedieningselemen-
ten
BTM
i
Opmerking
De BTM plus kan bij BTM prof en/of BCM 05 geïn-
stalleerd worden.
Oppervlaktedekkende dynamische
verdichtingscontrole (FDVK)
De BOMAG verdichtingsmeetsystemen E
ter (BEM) en Terrameter BTM plus/prof worden
werkintegrerend ingezet voor de continue en op-
pervlaktedekkende beoordeling van de verdich-
ting en de stabiliteit van gronden en ongebonden
draaglagen.
De als trilmodule benoemde E
2
eenheid MN/m
staat in direct verband met de ver-
vormingsmodules EV1 resp. EV2 van de lastpla-
tendruktest volgens DIN 18134.
Nr. 1 =
E
-indicatie
VIB
Indicatie van de dynamische bodemstijfheid in
2
MN/m
.
Nr. 2 =
Indicatie sprongbedrijf
geel
symbool
= Bandage springt
rood
symbool
= Bandage springt sterk, resp.
slingert
Evt. kleinere amplitude kiezen!
Nr. 3 =
Toets F5 START
indrukken
= Begin van de meetwaardere-
gistratie
Controleveld „F5" knippert groen op het beeld-
scherm.
Nr. 4 =
Toets F6 STOP
indrukken
= Einde van de meetwaardere-
gistratie
Het groene controleveld „F7" AFDRUKKEN brandt
op het beeldscherm.
3 4
-Me-
VIB
-waarde met de
VIB
B O M A G
i
Opmerking
Al naargelang het meetresultaat licht het groene
controleveld „F5" VERDER of het rode controle-
veld „F6" KLAAR op.
Nr. 5 =
Toets F7 Afdrukken
Om de opgeslagen meetgegevens, van de laatste
rit, af te drukken toets F7 AFDRUKKEN indrukken.
kort indrukken = Lijndiagram
lang indrukken ≥5
sec.
= Staafdiagram
Het controleveld F7 dooft en de meetwaardeprin-
ter begint met het afdrukken van de meetgege-
vens.
i
Opmerking
Na het beëindigen van het afdrukproces kunnen
een willekeurig aantal diagrammen met dezelfde
toetsactivering F7 (AFDRUKKEN) worden afge-
drukt.
Nr. 6 =
Toets F8 VERWIJDEREN
indrukken
= Alle opgeslagen meetgege-
vens worden verwijderd.
Aandacht
!
Als de toename van de meetwaarde op een
baan moet worden berekend, de toets F8 VER-
WIJDEREN alleen indrukken bij baanwissel.
Nr. 7 =
Frequentie-indicatie
toont bij ingeschakelde trilling de frequentie (toe-
rental) van de opwekas.
Nr. 8 =
Draaischakelaar P3 Voorinstelling
van de gewenste waarde
De gewenste waarde voor de dynamische stijf-
heidsmodule E
[MN/m
VIB
80, 100, 120,150 en max.) worden ingesteld.
De geselecteerde waarde wordt getoond op het
beeldscherm in het veld „P3".
Nr. 9 =
Toets F14 Verhoging van de gewens-
te waarde
Bij elke toetsdruk wordt de voorinstelling één ni-
veau verhoogd.
*
alleen bij BTM prof
*
2
] kan op 6 niveaus (45,
BW 177 D-4