Inhoudsopgave
Advertenties
16
Veiligheid
2.4
Veilig werken
Houdt U, naast de adviezen in deze
bedieningshandleiding, ook rekening met
de algemene veiligheidsvoorschriften en
voorschriften ter voorkoming van ongevallen
zoals de ARBO-wetgeving).
De aangebrachte waarschuwings- en
adviestekens dienen te worden opgevolgd
Bij transport op de openbare wegen, de
betreffende wegenverkeersvoorschriften in
acht nemen.
2.5
V e i l i g h e i d s a d v i e z e n
voor de gebruiker
2.5.1
Algemene veiligheids-
voorschriften en voor-
schriften ter voorkoming
van ongevallen
Grondregels:
Controleer voor ieder gebruik of de
machine aan alle genoemde veilgheids-
en verkeersvoorschriften voldoet.
1. Houdt U, naast de adviezen in deze
bedieningshandleiding, ook rekening met
de algemene veiligheidsvoorschriften en
voorschriften ter voorkoming van
ongevallen.
2. De aangebrachte waarschuwings- en
veiligheidsadviezen geven belangrijke
aanwijzingen om de machine zonder
gevaar te gebruiken. Het in acht nemen
hiervan, dient Uw veiligheid!
3. Bij gebruik van openbare wegen de be-
treffende
verkeersvoorschriften
opvolgen.
4. Voor het begin van de werkzaamheden
UZELF eerst met werking en de functie
van de bedieningsorganen vertrouwd
maken. Tijdens het werken is het
daarvoor te laat!
5. De kleding van de gebruiker dient strak
om het lichaam te sluiten. Loshangende
kledingstukken vermijden!
6. Ter voorkoming van brandgevaar, de
machine schoon houden!
7. Voor het wegrijden en voor het inwerking
zetten, goed om U heen kijken (kinderen).
Let op voldoende uitzicht!
8. Het is verboden op de machine mee te
rijden tijdens transport of op het veld.
9. De machine zoals voorgeschreven
aankoppelen aan de voorgeschreven
bevestigingspunten.
10.Tijdens het aan- en afkoppelen van de
trekker is extra voorzichtigheid geboden.
11. Bij het aan- en afkoppelen de steunen in
de juiste stand brengen (standveilgheid).
12. Extra gewichten altijd volgens voorschrift
op de daarvoor bestemde bevestigings-
punten aanbrengen.
13. Toegestane as belasting van de trekker
niet overschrijden.
14. Transportafmetingen volgens de
verkeersvoorschriften.
15. Transportuitvoering, zoals verlichting,
gevarenborden
beschermbeugels controleren en
aanbrengen.
16. Ontkoppeltouwen
snelkoppelhaken moeten los hangen en
mogen niet uit zichzelf los kunnen gaan.
17. Tijdens het rijden de bestuurderszitplaats
niet verlaten.
18.Het
rijgedrag,
remgevoeligheid worden door de
aangekoppelde of aangehangen
werktuigen beïnvloed. Let daarom op
voldoende stuur-en rem-vermogen.
en
eventuele
van
de
de
stuur-
en
Advertenties
Inhoudsopgave
