Factor voor atmosferische correctie
Het instrument meet de afstand aan de hand van een weerkaatste
lichtstraal. De snelheid van deze lichtstraal varieert echter afhankelijk
van de brekingsindex van licht in de atmosfeer. Deze brekingsindex is
variabel, afhankelijk van de temperatuur en de luchtdruk.
• U bepaalt de exacte atmosferische correctiefactor door de
gemiddelde temperatuur en luchtdruk langs het pad van de
lichtstraal te meten. Pas op met het berekenen van de atmosferische
correctiefactor in heuvelachtige gebieden. Verschilt de hoogte
tussen twee punten, dan verschillen immers ook de atmosferische
omstandigheden.
• De SET is zodanig ontworpen dat de correctiefactor 0 ppm is bij een
luchtdruk van 1013 hPa en een temperatuur van 15°C.
• Door waarden in te voeren voor de temperatuur en de luchtdruk, kan
de atmosferische correctiewaarde worden berekend en in het
geheugen worden opgeslagen. Gebruik de volgende formule om de
factor voor atmosferische correctie te berekenen.
ppm = 278,96 -
1 + 0,003661 x luchttemperatuur (°C)
• Is er geen atmosferische correctie nodig, dan stelt u de ppm-waarde
in op 0.
Prismaconstante correctie
Alle prisma's hebben een individuele prismaconstante.
Stel dan ook de correctiewaarde voor de prismaconstante in van het
prisma dat u gebruikt.
• Hieronder treft u een aantal voorbeelden aan van correctiewaarden
voor Sokkia-prismaconstanten.
AP01S+AP01 (Constant=30mm)
AP01S+AP01 (Constant = 30mm)
Correction Value = 30
correctiewaarde = -30
24. INSTELLINGEN WIJZIGEN
0,2904 x luchtdruk (hPa)
AP01 (constante=40mm)
AP01 (Constant = 40mm)
Correction Value = 40
correctiewaarde = -40
CP01 (constante=0mm)
CP01 (Constant = 0mm)
Correction Value = 0
correctiewaarde = 0
111