EGC 25 BE
5.8
Elektrische aansluitingen
02/06/2016 - 300026066-09
De verwarmingsketels kunnen uitsluitend geïnstalleerd worden met
de door de fabrikant meegeleverde schoorsteenaccessoires. Zie voor
de onderdelenlijst de meest recente tariefcatalogus.
5.8.1.
De ketel is geheel voorbedraad. De stroomvoorziening vindt plaats
via de aansluitkabel op het spanningsnet (permanent bevestigd). Alle
andere uitwendige aansluitingen kunnen uitgevoerd worden met
behulp van de aansluitstekkers (laagspanning). In de tabel zijn de
belangrijkste eigenschappen van de besturingsautomaat opgesomd.
2
1
M002532-A
WAARSCHUWING
Maximum lengte = lengte van de rechte lucht-/
rookgasleidingen + gelijkwaardige lengte van de andere
elementen
Besturingsautomaat
Voedingsspanning
Hoofdzekeringwaarde F1 (230 VAC) 6.3 AT
DC-ventilator
OPGELET
Neem de polen die op het klemmenbord zijn aangegeven
in acht: fasegeleider (L), nulgeleider (N) en aardgeleider
*.
Kabeldoorvoer 230 V
A
Doorvoer sensorkabels
Z
OPGELET
De volgende componenten van dit apparaat staan onder
een spanning van 230 V:
Pomp van de ketel
4
Gascombinatieblok
4
Driewegklep
4
Meeste elementen van het bedieningspaneel en van
4
het aansluitkastje
Voedingskabel.
4
5. Installatie
230 VAC / 50 Hz
27 VDC
35