U kunt de lengte van de pauze opgeven bij de instelling [Tijd pauzetoets] onder de verzendinstellingen voor het faxen.
Als u toonservices op een pulslijn wilt gebruiken, voegt u een "
tijdelijk over van pulse naar tone.
Om een opgegeven bestemming te verwijderen, selecteert u de bestemming in de [Bestemmingslijst] en klikt u vervolgens op
[Verwijder van lijst].
U kunt het faxnummer dat u heeft ingevoerd, registreren via het tabblad [Geef de bestemming op] in het LAN-Faxadresboek. Klik op
[Sla op in Adresboek] om het dialoogvenster voor het registreren van de bestemming te openen.
Selecteer uit de lijst [Bekijken] welke bestemmingstypes u wilt weergeven.
[Alles]: geeft alle bestemmingen weer.
[Groep]: geeft alleen groepen weer.
[Gebruiker]: geeft alleen individuele bestemmingen weer.
U kunt de verzendinstellingen configureren via de eigenschappen van het LAN-Faxstuurprogramma.
Zie
Verzendinstellingen voor het faxen
Zie
Verzendinstellingen configureren
Verwante onderwerpen
Een faxtaak annuleren
Boven
Vorige
Volgende
Copyright © 2009
" toe aan een faxnummer. Met een "
voor meer informatie over [Tijd pauzetoets].
voor meer informatie over het configureren van de verzendinstellingen.
" schakelt de kiesmodus