Advertenties
4
Boordbatterijlader
– Om de oplaadkabel te verwijderen, houdt u
de laadknop (7) op de machinestekker inge-
drukt.
Hiermee wordt ook de vergrendeling voor de
machinestekker geopend.
– Trek de machinestekker uit de contactdoos
voor de oplader.
– Trek de oplaadkabel uit de CEE-16-A-con-
tactdoos en bevestig de beschermkap.
– Leg de oplaadkabel in de opbergruimte in
het contragewicht.
– Sluit het deksel van de contactdoos van de
oplader.
Het laadproces kan te allen tijde handma-
tig worden gestopt. Zie de volgende para-
graaf "Het laadproces handmatig beëindigen".
Het laadproces handmatig beëindigen
– Druk kort op de laadknop (7) op de machi-
nestekker.
De weergave van de laadstatus op het dis-
play- en bedieningspaneel gaat uit. U kunt de
netstekker nu loskoppelen.
– Als het laadproces opnieuw moet worden
gestart, koppelt u de machinestekker los en
sluit u deze na ca. 2 seconden weer aan.
De oplader start een nieuw laadproces.
OPMERKING
Er kan sprake zijn van een vertraging van
maximaal 60 seconden voordat een nieuw
laadproces start.
Opladen met een elektrolytcirculatie-
pomp
Optioneel kan de boordbatterijlader worden
voorzien van een elektrolytcirculatiepomp. Om
de laadkarakteristiek af stellen op basis van
het batterijtype moet het geautoriseerde ser-
vicecentrum deze pomp installeren en in de
batterijlader configureren.
488
56388011505 NL - 12/2023 - 11
Bediening
7
6301_003-134
7
6301_003-134
Advertenties
