4
Voorzetapparatuur
WAARSCHUWING
Het gebruik van voorzetapparatuur kan extra geva-
ren opleveren, bijv. wijziging van het zwaartepunt,
extra gevarenzones etc.
Voorzetapparatuur mag uitsluitend worden gebruikt
in overeenstemming met het gebruiksdoel, zoals be-
schreven in de betreffende bedieningsinstructies. Be-
stuurders moeten geïnstrueerd zijn in het omgaan
met de voorzetapparatuur.
Lasten mogen alleen met de voorzetapparatuur wor-
den opgepakt en getransporteerd indien de lasten
stevig worden vastgegrepen en vastgehouden. Waar
nodig moeten lasten ook extra worden beveiligd te-
gen glijden, wegrollen, vallen, slingeren en kantelen.
Denk eraan dat elke verandering van de locatie van
het lastzwaartepunt de stabiliteit van de machine be-
ïnvloedt.
– Zie het lastindicatieplaatje voor het desbetreffen-
de voorzetapparaat.
OPMERKING
Als er meerdere hydraulische functies tegelij-
kertijd worden gebruikt, kunnen deze functies
elkaar beïnvloeden. Als bijvoorbeeld het vor-
kenbord omhoog wordt gebracht en tegelijker-
tijd een voorzetapparaat wordt bediend, kan
dit de hefsnelheid of de werksnelheid van het
voorzetapparaat veranderen.
OPMERKING
Naast de hieronder beschreven functies zijn
er nog andere varianten en functies mogelijk.
De pictogrammen op de bedieningselementen
tonen de bewegingsrichting. Alle beschreven
voorzetapparaten vallen in de categorie uitrus-
tingsvarianten. Een precieze beschrijving van
de respectieve bewegingen of acties van het
gemonteerde voorzetapparaat vindt u in de
desbetreffende bedieningsinstructies.
Met toegangsautorisatie voor de beheerder
(variant), kan de beheerder van de heftruck-
vloot de snelheid van het extra hydraulisch
systeem voor voorzetapparatuur afstellen.
– Zie ook de paragraaf "De hydraulische snel-
heid voor voorzetapparatuur afstellen" in dit
hoofdstuk.
348
56388011505 NL - 12/2023 - 11
Bediening