HOOFDSTUK 6 - ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST
4. Activeer voorzichtig de zwenkhendel en plaats de giek
boven de rechterkant van de machine.
5. Plaats de rijhendel, met de giek over de rechterkant van
de machine, in "Achteruit" en rijd de machine van het blok
en de oprit af.
6. Laat een helper controleren of het linker voorwiel of het
rechter achterwiel boven de grond blijft hangen.
7. Activeer voorzichtig de zwenkhendel en zet de giek weer
in de opbergstand (midden tussen de aangedreven wie-
len). Wanneer de giek in de opbergstand (het midden)
staat, moeten de blokkeercilinders loslaten zodat het wiel
op de grond kan rusten; het kan nodig zijn om "Rijden"
te activeren voordat de cilinders loslaten.
8. Plaats een 15,2 cm (6 in) hoog blok met een oprit voor
het rechter voorwiel.
9. Zet de rijschakelaar in de voorwaartse stand en rijd de
machine voorzichtig de oprit op totdat het rechter voor-
wiel boven op het blok staat.
6-30
10. Plaats de rijhendel, met de giek over de linkerkant van de
machine, in "Achteruit" en rijd de machine van het blok
en de oprit af.
11. Laat een helper controleren of het rechter voorwiel of het
linker achterwiel boven de grond blijft hangen.
12. Activeer voorzichtig de zwenkhendel en zet de giek weer
in de opbergstand (midden tussen de aangedreven wie-
len). Wanneer de giek in de opbergstand (het midden)
staat, moeten de blokkeercilinders loslaten zodat het wiel
op de grond kan rusten; het kan nodig zijn om "Rijden"
te activeren voordat de cilinders loslaten.
13. Als de blokkeercilinders niet goed werken, moet de sto-
ring door bevoegd personeel worden hersteld voordat de
machine verder gebruikt wordt.
– JLG Hoogwerker –
3122518