Instellen
Aanvullende functie "Geheugen"
8.5.4 Instellingen voor de bedrijfsmodus "Analog"
Standaard
Hoofdmenu
Bedrijfsmodus
Instellingen
Service
Informatie
Taal
Continu-
weergave
Hoofdmenu
Bedrijfsmodus
Instellingen
Service
Informatie
Taal
Continu-
weergave
Uitgebreid
50
Daarnaast kunt u de aanvullende functie "Geheugen" inschakelen (indi‐
cator "m"). Bij een ingeschakelde functie "Geheugen" telt de pomp de rest‐
slagen die niet konden worden uitgevoerd bij elkaar op tot 99.999 slagen,
de maximumcapaciteit van het slaggeheugen. Wanneer deze maximum‐
capaciteit wordt overschreden, schakelt de pomp over op storing.
In de bedrijfsmodus
„ANALOG" beschikbaar. De slagfrequentie wordt via de bus "Externe
aansturing" aangestuurd met een analoog stroomsignaal. In de Neven‐
weergave "Signaalstroom" wordt de ingaande stroom weergegeven.
U kunt kiezen uit drie typen verwerking van het stroomsignaal:
„Standard" ( „0 - 20 mA" of „4 - 20 mA" )
n
„Uitgebreid" ( „Curvetype" )
n
0 - 20 mA
Bij 0 mA staat de pomp stil.
Bij 20 mA werkt de pomp met de maximale slagfrequentie.
Daar tussenin is de slagfrequentie proportioneel met het stroomsignaal.
Instellingen
Analog
Hulpfrequentie
Kalibreren
Dosering
Relais
4 - 20 mA
Bij 4 mA staat de pomp stil.
Bij 20 mA werkt de pomp met de maximale slagfrequentie.
Daar tussenin is de slagfrequentie proportioneel met het stroomsignaal.
Bij stroomsignalen lager dan 3,8 mA wordt een foutmelding weergegeven
en wordt de pomp stopgezet (bijv. bij kabelbreuk).
De maximale slagfrequentie kan alleen in de verwerkings‐
typen in „Uitgebreid" worden verlaagd, dus niet in de ver‐
werkingstypen in „Standaard" .
Instellingen
Analog
Hulpfrequentie
Kalibreren
Dosering
Relais
In de verwerkingstypen in
van de pomp vrij programmeren.
„Analog" is er in het menu „Instellingen" het menu
Analog
Standaard
Uitgebreid
Einde
Analog
Standaard
Uitgebreid
Einde
„Uitgebreid" - „curvetype" kunt u het gedrag
Standaard
0 - 20mA
4 - 20mA
Standaard
0 - 20mA
4 - 20mA