NAAIEN
NAAIEN
VOORZICHTIG
• Om letsel te voorkomen moet u de naald
tijdens het gebruik van de machine goed in de
gaten houden. Houd uw handen tijdens het
gebruik van de machine uit de buurt van de
bewegende delen.
• Trek of duw de stof niet tijdens het naaien. U
kunt daardoor letsel oplopen.
• Gebruik geen verbogen of gebroken naalden.
U kunt daardoor letsel oplopen.
• Probeer niet over rijgspelden of andere
objecten heen te naaien. Anders kan de naald
breken en hierdoor kunt u letsel oplopen.
• Zitten de steken te dicht op elkaar? Stel dan
een langere steeklengte in voordat u verder
gaat. Anders kan de naald breken en hierdoor
kunt u letsel oplopen.
• Deze naaimachine is uitgerust met een
draaddetectiefunctie. Als u op de "Start/Stop"-
toets drukt voordat de bovendraad is
ingeregen, functioneert de naaimachine niet
goed. Afhankelijk van het gekozen
steekpatroon voert de naaimachine de stof ook
door als de naald omhoog staat. Dit komt door
het mechanisme waarmee de naaldstang wordt
losgelaten. De naaimachine maakt dan een
ander geluid dan u normaal hoort tijdens het
naaien. Dit betekent niet dat de naaimachine
niet goed functioneert.
Steektypen
■ Naaisteken
1 Rechte/Afwerksteken
2 Decoratieve steken
3 Nostalgische steken
4 Knoopsgaten/trenzen
5 In verschillende richtingen
6 Quiltsteken naaien
56
■ Lettersteken en decoratieve steken
1
2
4
7
0
A
C
1 Decoratieve steekpatronen
2 7 mm decoratieve steekpatronen
U kunt de steeklengte en steekbreedte instellen.
3 Satijnsteekpatronen
4 7 mm satijnsteekpatronen
U kunt de steeklengte en steekbreedte instellen.
5 Kruissteek
6 Decoratieve naaisteken
7 Letters (gotisch)
8 Letters (handschrift)
9 Letters (omrand)
0 Cyrillisch lettertype
A MY CUSTOM STITCH (pagina 100)
U kunt originele steken ontwerpen.
B Steekpatronen opgeslagen in MY CUSTOM STITCH
(pagina 103)
C Steekpatronen opgeslagen in het geheugen van de
machine (pagina 99)
D Steekpatronen opgeslagen op een USB-medium
(pagina 99)
E Steekpatronen die via het draadloze netwerk worden
overgedragen (pagina 99)
Standaardnaaiwerkzaamheden
Opmerking
• Naai eerst een proefstukje met dezelfde stof en
draad als voor uw project.
1
2
a
Zet de machine AAN en druk op
3
naaisteken weer te geven. Druk vervolgens op
4
(naaldstandtoets) om de naald omhoog te zetten.
5
6
D
3
5
6
8
9
B
E
om de