Montage en voorbereiding
Om een onbedoelde bediening van de bedieningselementen uit te sluiten, moet
er bij alle kabels en slangen erop worden gelet dat deze voldoende afstand tot de
bedieningselementen hebben. Om voor voldoende afstand te zorgen, kunnen er
bijv. kabelmanagementarmen worden gebruikt.
Nr. Benaming
1
2
1. Sluit de netstekkers (1) van de apparaten aan op de stopcontacten van het
verzorgingssysteem.
2. Sluit de potentiaalvereffeningskabel (2) aan op de potentiaalvereffeningsbus.
✓ De elektrische apparaten zijn aangesloten.
4.1.3
Aansluiten op de gastoevoer
WAARSCHUWING
Verhoogd brandgevaar
Sommige gassen (bijv. zuurstof, lachgas) zijn onder druk in combinatie met olie of
vet zelfontbrandend. Personen kunnen in gevaar worden gebracht.
► Connectoren mogen niet in contact komen met olie, vet of brandbare
vloeistoffen (bijv. brandbare reinigingsmiddelen).
Neem de gebruiksaanwijzingen van de afnamepunten en de bijbehorende
aanvullingsdocumenten in acht.
4.1.4
Aansluiten op de anesthesiegasafvoer (optioneel)
Neem de gebruiksaanwijzingen van het anesthesiegas-afvoersysteem (AGSS) en
de bijbehorende aanvullingsdocumenten in acht.
44
CIRCUIT 1
Informatie
Netstekker
Aangesloten netstekkers mogen niet met werkplekonder-
delen zoals plateaus of lades enz. worden afgedekt.
Potentiaalvereffe-
De potentiaalvereffeningskabel moet aan de eisen van de
ningskabel
norm IEC 60601-1 voldoen.
De potentiaalvereffeningsverbinding moet tot stand wor-
den gebracht zodat alle metalen geleidende oppervlakken
hetzelfde elektrische potentiaal hebben.
1
2
CIRCUIT 2
CIRCUIT 3
CIRCUIT 4
Gebruiksaanwijzing
|
Ponta