Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Voorbereidende Werkzaamheden; Elektrisch Systeem; Draairichting; Motorbeveiliging - Homa CH413 Originele Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

Om letsel en materiële schade bij de inbedrijfstelling van
de machine te vermijden, moeten de volgende Punten be-
slist worden nageleefd:
De inbedrijfstelling van de machine mag uitslui-
tend worden uitgevoerd door gekwalificeerd en
geschoold personeel met inachtneming van de
veiligheidsaanwijzingen.
Het voltallige personeel dat aan de machine werkt,
moet de handleiding ontvangen, gelezen en begre-
pen hebben.
Activeer
alle
veiligheidsinrichtingen
stop-schakelingen vóór de inbedrijfstelling.
Elektrotechnische en mechanische instellingen mo-
gen alleen door vakkrachten worden uitgevoerd.
Deze machine is alleen geschikt voor toepassing bij
de aangegeven bedrijfsvoorwaarden.

5.5. Voorbereidende werkzaamheden

De machine is volgens de nieuwste stand der techniek
geconstrueerd en gemonteerd, zodat deze onder norma-
le bedrijfsvoorwaarden lang en betrouwbaar werkt. Voor-
waarde daarvoor is echter dat u alle eisen en aanwijzingen
in acht neemt. Kleine olielekkages van de glijringafdichting
vormen geen bezwaar, maar moeten worden verholpen
voordat de pomp in de vloeistof wordt neergelaten of on-
dergedompeld.
Controleer de volgende punten:
Kabelgeleiding – geen lussen, licht gespannen
Temperatuur van de vloeistof en dompeldiepte con-
troleren – zie machinegegevensblad
Wordt aan de perszijde een slang gebruikt, dan moet
deze voor gebruik met schoon water worden door-
gespoeld, zodat afzettingen niet tot verstoppingen
leiden
Bij natte opstelling moet de pompput worden gerei-
nigd
Het leidingenstelsel aan druk- en zuigzijde moet wor-
den gereinigd en alle afsluiters moeten worden geo-
pend
Het pomphuis moet overstroomd worden, d.w.z. dat
het volledig met het medium moet zijn gevuld en dat
het geen lucht meer mag bevatten. De ontluchting
kan plaatsvinden door passende ontluchtingssyste-
men in de installatie of, indien aanwezig, door ont-
luchtingsschroeven op de persaansluiting.
Controleren of toebehoren, leidingenstelsel, ophang-
voorziening stevig en correct vastzitten
Controle van aanwezige niveauregelingen of droog-
loopbeveiliging

5.6. Elektrisch systeem

Bij de aanleg en keuze van elektrische leidingen en bij het
aansluiten van de motor moeten de relevante plaatselijke
en VDE-voorschriften worden nageleefd. De motor moet
door een motorbeveiligingschakelaar worden beschermd.
Laat de motor volgens het schakelschema aansluiten. Let
op de draairichting! Bij verkeerde draairichting levert de
machine niet het aangegeven vermogen en kan er onder
ongunstige omstandigheden schade ontstaan.
54 | NEDERLANDS

5.7. Draairichting

Bij eenfasemotoren is een controle van de draairichting
niet noodzakelijk, omdat deze altijd met de juiste draairich-
ting draaien.
Bij driefasenmotoren moet de draairichting voor de inbe-
en
nood-
drijfstelling worden gecontroleerd. Bij toepassing van een
HOMA-schakeltoestel met draairichtingscontrolemelding
licht deze bij verkeerde draairichting op. De controle kan
plaatsvinden door de startschok te observeren. Hiertoe de
pomp verticaal, iets op de rand op de grond zetten en kort
inschakelen. Van bovenaf gezien schokt de pomp bij de
juiste draairichting iets tegen de klok in.
De pomp heeft de juiste draairichting als deze zich tegen
de klok in beweegt, omdat de motor van bovenaf gezien
met de klok mee draait.
Bij reeds geïnstalleerde pompen vindt de controle van
de juiste draairichting plaats door de opvoerhoogte en
het debiet bij verschillende draairichtingen te vergelijken.
De draairichting met de grootste opvoerhoogte en het
grootste debiet is de juiste draairichting. Bij verkeerde
draairichting moeten 2 fasen van de netaansluiting wor-
den omgewisseld. De pompen worden standaard met
CEE-netstekker geleverd. De faseverwisseling vindt
plaats door de ronde borgplaat aan de stekkerpolen met
een schroevendraaier 180° te draaien.
De aangegeven pomp- en vermogensgegevens worden
alleen bereikt als er een rechtsdraaiend draaiveld aanwe-
zig is. De machine is niet geconfigureerd voor bedrijf op
een linksdraaiend draaiveld.

5.8. Motorbeveiliging

De minimale eis is een thermisch relais/motorbeveiliging-
schakelaar met temperatuurcompensatie, differentiaaluit-
schakeling en blokkering tegen herinschakeling volgens
VDE 0660 resp. overeenkomstige nationale voorschriften.
Worden de machines aangesloten op stroomnetten waar-
in regelmatig storingen optreden, dan adviseren wij extra
beveiligingssystemen in te bouwen (bijv. overspannings-,
onderspannings- of faseuitvalrelais, bliksembeveiliging,
etc.). Bij het aansluiten van de machine moeten de plaat-
selijke en wettelijke voorschriften worden nageleefd.
Eenfasemotor
Pompen met 230 V/1Ph-motoren zijn bij uitlevering uitge-
rust met een schakeltoestel met motorbeveiligingscha-
kelaar, aanloopcondensator en bedrijfscondensator. Deze
HOMA-schakeltoestellen zijn ook als toebehoren lever-
baar. Bij toepassing van andere schakeltoestellen moet
bij de configuratie van de motorbeveiligingschakelaar wor-
den gelet op de nominale stroom van de motor.
Gevaar door elektrische stroom!
Door ondeskundige omgang met stroom bestaat le-
vensgevaar! Alle pompen met vrije kabeluiteinden
moeten door een elektricien worden aangesloten.

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ch432Ch436

Inhoudsopgave