Inhoudsopgave
Advertenties
Het door de vacuümpomp verpompte gas
ruikt onprettig.
De vacuümpomp start niet
De vacuümpomp is geblokkeerd
RA 0025 - 0040 F
0870139080 / 110825
Versie met vlotterklep (j, 200) en olieterugzuig-
leiding :
De vlotterklep (j, 200) zit vast in open positie
Een asafdichting lekt
Een/de uitlaatklep (q, 159) sluit niet goed af
of zit in gedeeltelijk geopende positie vast
Een schuif (r, 22) is geblokkeerd in de rotor of
beschadigd
De radiale speling tussen de rotor (s, 14) de ci-
linder (t, 1) klopt niet meer
Interne delen versleten of beschadigd
Procesbestanddelen verdampen onder vacu-
üm
Vluchtige en dientengevolge gasvormige be-
standdelen van de olie, bv. toevoegingen,
vooral direct na een oliewissel.
Opmerking: Dit is geen aanwijzing voor een
storing in de olienevelafscheider. De olienevel-
afscheider kan alleen oliedruppeltjes opvang-
en, echter geen gasvormige componenten
ervan.
De aandrijfmotor (400) is niet van de juiste
spanning voorzien of is overbelast
De overbelastingsbeveiliging van de frequen-
tieomvormer is te klein of de schakelwaarde is
te laag
Een zekering is doorgebrand
Controleer de zekeringen:
De condensator van de aandrijfmotor is defect
De aansluitkabel is te klein of te lang met een
spanningval bij de vacuümpomp als gevolg
De vacuümpomp of de aandrijfmotor is ge-
blokkeerd
De aandrijfmotor (400) is defect
Vaste deeltjes zijn in de vacuümpomp geraakt
Corrosie in vacuümpomp door achtergebleven
condensaat
Maak de vlotterklep (j, 200) gangbaar, ver-
vang indien nodig (
pagina 11: Controle
van de Vlotterklep)
Vervang de asafdichting (Busch service)
Demonteer en monteer de uitlaatklep(pen) (q,
159) (Busch service)
De schuiven (r, 22) losmaken of vervangen
door nieuwe (Busch service)
De vacuümpomp opnieuw afstellen (Busch
service)
Repareer de vacuümpomp (Busch service)
Controleer het proces, indien van toepassing
Gebruik een ander soort olie, indien toepas-
baar
Voorzie de aandrijfmotor (400) van de juiste
spanning
Vergelijk de schakelwaarde van de overbelas-
tingsbeveiliging met de gegevens op de type-
plaat, corrigeer indien nodig
In geval van een hoge omgevingstempera-
tuur: stel de schakelwaarde 5% boven de no-
minale aandrijfmotorstroom in
Controleer de zekeringen
Repareer de aandrijving (Busch service)
Gebruik voldoende gedimensioneerde kabel
Zorg ervoor dat de aandrijfmotor is losgekop-
peld van de voeding
Verwijder de ventilatorkap
Probeer de aandrijfmotor met de
vacuümpomp met de hand te verdraaien
Wanneer de unit nog steeds geblokkeerd is:
verwijder de aandrijfmotor en controleer de
aandrijfmotor en de vacuümpomp apart
Wanneer de vacuümpomp is geblokkeerd:
Repareer de vacuümpomp (Busch service)
Vervang de aandrijfmotor (Busch service)
Repareer de vacuümpomp (Busch service)
Zorg ervoor dat de inlaatleiding van een zeef
is voorzien
Installeer eventueel een extra filter
Repareer de vacuümpomp (Busch service)
Controleer het proces
Houd rekening met het hoofdstuk Verpompen
van Condenseerbare Dampen (
pagina 9)
Storingzoeken
pagina 16
Advertenties
Inhoudsopgave
