■
WISSELEN TUSSEN KLEINE LET-
TERS EN HOOFDLETTERS
1
Raak
of
: Druk om een kleine letter in te ge-
ven.
: Druk om een hoofdletter in te ge-
ven.
Elke keer u
wisselt de invoer tussen hoofdletter en
kleine letter.
INFORMATIE
●
In de volgende situaties wisselt de
invoermodus automatisch tussen hoofd-
letter en kleine letter.
• Als de lay-out van het toetsenbord
naar de invoer van hoofdletters ver-
andert, zal de lay-out automatisch
naar de invoer van kleine letters
overschakelen nadat één letter werd
ingegeven.
• Als u "/", "&", "." of "(" ingeeft, zal
de lay-out van het toetsenbord auto-
matisch naar de invoer van hoofdlet-
ters overschakelen.
• Als alle karakters worden verwijderd,
zal de lay-out van het toetsenbord
automatisch naar de invoer van
hoofdletters overschakelen.
aan.
of
aanraakt,
1. BEDIENINGSELEMENTEN EN FUNCTIES
■
SYMBOLEN INGEVEN
1
Raak
(
aan.
(
) lay-out van het toet-
senbord
lay-out van het toetsenbord
2
Raak de symbooltoetsen rechtstreeks
aan om symbolen in te geven.
1
) of
15