Ovenfunctie kiezen
Met de functiekeuzeschakelaar kunt u
de volgende ovenfuncties kiezen:
– "Verlichting H"
Om de ovenverlichting apart in te
schakelen.
H 390: Zodra de functiekeuzeschake-
laar op "Verlichting H" wordt ge-
draaid, worden alle ovenfuncties in
het display weergegeven.
– "Hetelucht D"
Voor bakken en koken op meerdere
niveaus.
– "Bovenwarmte C"
Voor het gratineren van ovenschotels
en groente of om gerechten extra
bruin te laten worden.
– "Boven- en onderwarmte A"
Voor het bakken en braden van tradi-
tionele gerechten, bijvoorbeeld souf-
flés.
– "Onderwarmte B"
Kies deze functie tegen het einde
van de baktijd, als de taart aan de
onderkant bruiner moet worden.
– "Braadautomaat E"
Voor automatisch aanbraden en
doorbraden van vlees.
Niet geschikt voor bakken.
Uitzondering: bakken van zuurde-
sembrood (geen bakmixen).
Bediening van de oven
– "Ontdooien G"
Om diepvriesproducten behoed-
zaam te ontdooien.
– "Intensief bakken F"
Voor het bakken van taart met een
vochtige vulling, bijvoorbeeld kwark-
taart, pruimentaart of quiche en ook
voor taart met couverture en niet-
voorgebakken bodem. Niet geschikt
voor het bakken van plat gebak en
niet voor braden (de fond zou hierbij
te donker worden).
– "Grilleren met luchtcirculatie N"
Voor het grilleren van gerechten met
een relatief grote doorsnede, zoals
een rollade of gevogelte. Sluit de
ovendeur tijdens het grilleren.
– "Grilleren 1 m"
Voor het grilleren van kleine hoeveel-
heden plat vlees en voor het gratine-
ren van gerechten in kleine oven-
schalen.
De ovendeur moet hierbij gesloten
blijven.
– "Grilleren 2 n"
Voor het grilleren van grote hoeveel-
heden plat vlees en voor het gratine-
ren van gerechten in grote ovenscha-
len.
De ovendeur moet hierbij gesloten
blijven.
19