Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Hoofdfuncties; Parametersets; Parametersets Definiëren; Parameterset Kiezen En Kopiëren - Emotron FDU 2.0 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor FDU 2.0:
Inhoudsopgave

Advertenties

6.

Hoofdfuncties

Dit hoofdstuk geeft een beschrijving van de belangrijkste
hoofdfuncties van de frequentieregelaar.
6.1

Parametersets

Alleen geldig als de optie HCP - Draagbaar bedieningspa-
neel wordt gebruikt.
Parametersets worden gebruikt als er voor een toepassing
verschillende instellingen voor verschillende modi nodig
zijn. Een machine kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor de
productie van verschillende producten en daarom twee of
meer maximumtoerentallen en acceleratie-/deceleratietijden
nodig hebben. Met de vier parametersets kunnen verschil-
lende regelopties worden geconfigureerd voor snelle veran-
deringen in het gedrag van de frequentieregelaar. Het is
mogelijk om de frequentieregelaar in bedrijf aan te passen
aan een veranderd machinegedrag. Dit is gebaseerd op het
feit dat elk van de vier parametersets op elk gewenst moment
tijdens Run of Stop kan worden geactiveerd via de digitale
ingangen of het bedienpaneel en menu [241].
Iedere parameterset kan extern worden gekozen via een digi-
tale ingang. Parametersets kunnen tijdens bedrijf worden
gewijzigd en worden opgeslagen op het bedienpaneel.
OPMERKING: De enige gegevens die niet in de
parametersets zitten, zijn Motor Data 1-4 (afzonderlijk
ingevoerd), taal, communicatie-instellingen, gekozen
set, lokaal Ext. en toetsenbord vergrendeling.
Parametersets definiëren
Bij het gebruik van parametersets bepaalt u eerst hoe u ver-
schillende parametersets wilt kiezen. De parametersets kun-
nen via het bedienpaneel worden gekozen, alleen via digitale
ingangen of via seriële communicatie. Alle digitale ingangen
en virtuele ingangen kunnen worden geconfigureerd voor
het kiezen van de parameterset. De functie van de digitale
ingangen wordt bepaald in menu [520].
Afb. 24 laat zien hoe de parametersets worden geactiveerd
via een digitale ingang die geconfigureerd is als ParSet kz 1
of ParSet kz 2.
CG Drives & Automation, 01-5665-03r1
Parameterset A
Run/Stop
-
-
Koppels
-
-
Regelingen
-
-
Limieten/Bev.
-
-Max Alarm
11
+24 V
10
ParSet kz 1
{
ParSet kz 2
16
Afb. 24 Kiezen van de parametersets
Parameterset kiezen en kopiëren
Het kiezen van de parameterset vindt plaats in menu [241],
Kies Set. Kiest eerst de hoofdset in menu [241], normaal
gesproken A. Pas alle instellingen voor de toepassing aan.
Normaal gesproken zijn de meeste parameters gelijk voor de
sets en kunt u veel tijd besparen door het kopiëren van set
A>B in menu [242]. Als parameterset A wordt gekopieerd
naar set B, verandert u alleen de parameters in de set die ver-
anderd moeten worden. Indien nodig herhalen voor C en D.
Met menu [242], Kopieer Set, kan de complete inhoud van
een individuele parameterset op eenvoudige wijze worden
gekopieerd naar een andere parameterset. Als bijvoorbeeld
de parametersets worden geselecteerd via digitale ingangen,
wordt DigIn 3 ingesteld voor ParSet kz 1 in menu [523] en
DigIn 4 voor ParSet kz 2 in menu [524]. Ze worden geacti-
veerd volgens Tabel 17.
Activeer de parameterwijzigingen via digitale ingang door
instelling van menu [241], Kiest Set op DigIn.
Tabel 17 Parameterset
Parameterset
A
B
C
D
OPMERKING: De keuze via de digitale ingangen wordt
onmiddellijk geactiveerd. De nieuwe
parameterinstellingen worden online, dus tijdens Run,
geactiveerd.
Set B
Set C
(NG06-F03_1)
ParSet kz 1
ParSet kz 2
0
0
1
0
0
1
1
1
Hoofdfuncties
Set D
35

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Fdu48-2p5-2yFdu48-038-2y

Inhoudsopgave