Condensvorming
Als uw camcorder direct van een koude
naar een warme plaats wordt gebracht, kan
vocht condenseren binnenin uw camcorder,
op het oppervlak van de disc of op de pick-
uplens. Dit kan een storing in de camcorder
veroorzaken.
Als er condensvorming is opgetreden
x
Schakel de camcorder uit en laat deze
ongeveer 1 uur liggen.
x
Opmerking over condensvorming
Er kan vocht in de camcorder condenseren
wanneer u de camcorder van een koude
omgeving naar een warme omgeving brengt
(of omgekeerd) of wanneer u de camcorder
in een vochtige omgeving gebruikt, zoals
hieronder wordt beschreven:
• U neemt de camcorder mee van een skipiste
naar een verwarmde ruimte.
• U neemt de camcorder op een hete zomerdag
vanuit een koele ruimte of een auto met
airconditioning mee naar buiten.
• U gebruikt de camcorder onmiddellijk na een
regenbui.
• U gebruikt de camcorder op een warme en
vochtige plaats.
Condensvorming voorkomen
x
Voordat u de camcorder van een koude
omgeving naar een warme omgeving
brengt, plaatst u de camcorder eerst in een
plastic zak die u goed (luchtdicht) afsluit.
Haal de camcorder pas uit de plastic zak
wanneer de lucht in de zak na ongeveer 1
uur dezelfde temperatuur heeft als de
omringende warme lucht.
LCD-scherm
• Druk niet te hard op het LCD-scherm. Dit kan
schade veroorzaken.
• Wanneer u de camcorder gebruikt in een koude
omgeving, kunnen er nabeelden op het LCD-
scherm verschijnen. Dit duidt niet op een
storing.
• Tijdens het gebruik van de camcorder kan de
achterkant van het LCD-scherm warm worden.
Dit duidt niet op een storing.
Het LCD-scherm reinigen
x
Als het LCD-scherm vuil is door stof of
vingerafdrukken, kunt u het schoonmaken
met een zachte doek. Wanneer u de speciale
reinigingsset voor het LCD-scherm
gebruikt (los verkrijgbaar), mag u het
reinigingsmiddel niet direct op het LCD-
scherm aanbrengen. Gebruik
reinigingspapier dat vochtig is gemaakt met
het reinigingsmiddel.
Informatie over het aanpassen van het
x
aanraakscherm (KALIBRATIE)
Het is mogelijk dat de toetsen op het
aanraakscherm niet goed functioneren. Als
dit gebeurt, moet u de onderstaande
procedure uitvoeren. U kunt het beste de
camcorder tijdens de bewerking met de
bijgeleverde netspanningsadapter
aansluiten op het stopcontact.
1 Schakel de camcorder in.
2 Raak
(HOME) t
(INSTELLINGEN) t [ALGEMENE
INST.] t [KALIBRATIE] aan.
3 Raak "×" op het scherm drie keer aan met
de hoek van de bijgeleverde "Memory
Stick PRO Duo" of een vergelijkbaar
voorwerp. De positie van "×" wordt
gewijzigd.
Raak [ANNUL.] aan om te annuleren.
Als u niet het juiste punt hebt aangeraakt,
moet u de kalibratie opnieuw uitvoeren.
b Opmerkingen
• Gebruik geen puntig voorwerp om de kalibratie
uit te voeren. Als u dit wel doet, kan het LCD-
scherm worden beschadigd.
• U kunt het LCD-scherm niet kalibreren als het is
gedraaid of als het is gesloten met het scherm
naar buiten gericht.
NL
125
Vervolg ,