Met de hand
scherpstellen
Het scherpstellen verloopt normaal
automatisch. Handmatig scherpstellen
kan van pas komen als de automatische
scherpstelling niet werkt of als u
opnamen maakt in een donkere
omgeving.
1
Stel de PLAY/STILL/MOVIE-
keuzeschakelaar in op STILL
of op MOVIE.
2
Zet de FOCUS AUTO/
MANUAL-schakelaar op
MANUAL.
9
De indicator
scherpstellen) verschijnt op het
LCD-scherm of in de zoeker.
3
Draai aan de scherpstelring
om een scherp beeld te
krijgen.
Als u stilstaande beelden opneemt,
wordt het beeld op het LCD-
scherm of in de zoeker vergroot
(verdubbeld*) en tijdens het
scherpstellen wordt de
brandpuntsafstand weergegeven.
Na het scherpstellen wordt het
beeld weer in het normale formaat
weergegeven. Het bereik varieert
van 2 cm tot ∞ (oneindig).
∗ Als u de digitale zoomfunctie
gebruikt, wordt het beeld niet geheel
tot het dubbele formaat vergroot.
1
2
3
(handmatig
De automatische
scherpstelling weer activeren
Zet de FOCUS AUTO/MANUAL-
schakelaar op AUTO.
Opmerkingen
• De weergegeven brandpuntsafstand is niet
exact. Gebruik deze informatie slechts als
richtlijn.
• De weergegeven brandpuntsafstand is niet
correct wanneer u gebruikmaakt van een
groothoeklens.
• Als u een onderwerp opneemt vanaf een
afstand van minder dan 0,8 m terwijl de
zoomregelaar is ingesteld op de T-zijde, is
het niet mogelijk een scherp beeld te
krijgen. In dergelijke gevallen gaat de
informatie over de brandpuntsafstand
knipperen. Schuif de zoomregelaar in de
richting van de W-zijde, totdat de indicator
stopt met knipperen.
• U kunt deze functie niet gebruiken als u in
de PROGRAM AE-functie hebt gekozen
voor de modus Panfocus.
55-
NL