9
Plaats de H
YPERPRO
Controleer het label voor de montage richting, meestal
wordt het progressieve gedeelte naar boven
gemonteerd* (zie afbeelding).
Soms is de veer voorzien van een sticker die de richting
aangeeft; verwijder de sticker voor montage.
Plaats de ring(en) en de voorspanbus, indien aanwezig,
in de oorspronkelijke volgorde*.
* (tenzij er een opmerking over op het label staat)
10 Schuif de cartridge langzaam in de vorkpoot. Klem de
voet van de vorkpoot in een bankschroef met zachte
bekken. Plaats gereedschap (E) om de demperstang en
in de cartridge. Zorg dat de juiste kant van het gereedschap gebruikt wordt. Gebruik een
steeksleutel op gereedschap (E) en draai de cartridge met de klok mee vast.
11 Schuif de vorkbuis omhoog en draai de vorkdoppen (4) vast.
12 Stel de veervoorspanning in op de juiste waarde (zie label: S
veervoorspanningsversteller (3) bevindt zich onderaan de vorkpoot versteller. Draai de
veervoorspanning eerst naar het minimum (tegen de klok in) en daarna met de klok mee naar
de gewenste waarde. De veervoorspanning kan versteld worden om tot de juiste statische zak
te komen (zie hoofdstuk S2), draai de versteller met de klok mee voor meer voorspanning.
Stel de demping in op de juiste waarde (zie label: R
De dempingverstellers zitten bovenop de vork (2)(12). Demping kliks of omwentelingen
worden altijd geteld vanaf de maximale dempingsinstelling. Draai eerst de versteller volledig
dicht (met de klok mee). Draai vervolgens de versteller open (tegen de klok in) met het
gewenste aantal kliks of omwentelingen zoals aangegeven op het label.
13 H
vork vet vermindert frictie in de voorvork.
YPERPRO
Wip voorzichtig de stofkappen uit de buitenbuis met een kleine
platte schroevendraaier. Smeer wat vet rondom de chroombuis
(11) en duw de vork een aantal keren in. Herhaal dit.
Vet de stofkappen licht in om het monteren te vereenvoudigen.
Monteer de stofkappen en verwijder overtollig vet.
14 Monteer de voorvork terug in de motorfiets, raadpleeg het werkplaatshandboek voor details.
Monteer de vork op de afstand uit stap 1; tenzij er een opmerking over op het label staat.
Zorg dat alles is vastgezet met het juiste aanhaalmoment.
15 Draai de klembouten (13) van de vooras los zodra de motor
weer op twee wielen staat.
Duw de voorvering een aantal keer zo diep mogelijk in, zodat
de voorvorkpoten zichzelf kunnen zetten in een spanningsvrije
positie.
Draai daarna de klembouten (13) weer vast met het juiste
aanhaalmoment.
Spring manual v3.4.1 NL
veer in de voorvork.
P
PRING
RELOAD
& C
EBOUND
OMPRESSION
). De
).
13