■
Gebruik van de programma-scanfunctie
1 Druk op [VFO] om de VFO functie in te schakelen.
2 Kies de gewenste band.
3 Kies een frequentie die gelijk is aan een van de ingestelde
grensfrequenties of daartussen gelegen is.
4 Druk op [VFO] (1 s).
• De 1 MHz decimaalpunt knippert tijdens het scannen.
• Het scannen begint bij de frequentie die op het display
wordt aangegeven.
• Om de scan-richting om te keren, draait u de Afstemknop
naar rechts (scannen van hogere frequenties) of naar
links (scannen van lagere frequenties).
5 Druk op een willekeurige toets, met uitzondering van
[LAMP], [MONI] en [F], om de programma-scanfunctie uit
te schakelen.
Opmerkingen:
◆
Deze scanfunctie werkt alleen als de squelch gesloten is.
◆
Als de frequentiestap van de huidige VFO frequentie verschilt
van de frequentiestap van de geprogrammeerde frequenties,
werkt de programma-scanfunctie niet.
◆
Als de frequentiestap van de onderste grensfrequentie en de
bovenste grensfrequentie niet hetzelfde is, werkt de scanfunctie
niet.
◆
Als de huidige VFO frequentie binnen meer dan een
geprogrammeerd scan-bereik valt, wordt het bereik gescand dat
is vastgelegd in het laagste kanaalnummer.
CALL/VFO SCANFUNCTIE
Met de Call/VFO scanfunctie kan zowel het "Call" oproepkanaal
als de huidige VFO frequentie van de ingestelde band worden
beluisterd.
1 Druk op [VFO] om de VFO functie in te schakelen.
2 Kies de gewenste band.
3 Kies de gewenste frequentie.
4 Druk op [CALL] (1 s) om de Call/VFO scanfunctie in te
schakelen.
• De 1 MHz decimaalpunt knippert tijdens het scannen.
5 Druk op een willekeurige toets, met uitzondering van [LAMP],
[MONI] en [F], om de Call/VFO scanfunctie uit te schakelen.
CALL/GEHEUGEN SCANFUNCTIE
Met de Call/geheugen scanfunctie kan zowel het "Call"
oproepkanaal als een gewenst geheugenkanaal worden
doorzocht.
1 Roep het gewenste geheugenkanaal op.
2 Druk op [CALL] (1 s) om de Call/geheugen scanfunctie in te
schakelen.
• De 1 MHz decimaalpunt knippert tijdens het scannen.
• Bij deze scanfunctie wordt het "Call" oproepkanaal gebruikt
dat op dezelfde band is als het gekozen geheugenkanaal.
3 Druk op een willekeurige toets, met uitzondering van [LAMP],
[MONI] en [F], om de Call/geheugen scanfunctie uit te
schakelen.
Opmerking:
Het laatst gebruikt geheugenkanaal wordt doorzocht, ook
als dit is ingesteld voor overslaan (Lockout).
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
N-29