4.2
SCHEMA EN BESCHRIJVING VAN DE AANSLUITINGEN
4.2.1 AANSLUITSCHEMA
29
FLASH
1 2
4.2.2 BESCHRIJVING VAN DE AANSLUITINGEN
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
Klemmen
Beschrijving
Flash
Uitgang voor een knipperlicht met lampje van 12 V (max. 21 W) of een ELDC-knipperlicht [Opmerking 1]
EL
Uitgang voor elektrisch slot van 12 Va (max. 15 VA) [Opmerking 1]
Op deze klem kunnen compatibele inrichtingen worden aangesloten. Ze worden allemaal parallel aangesloten met slechts twee
draden waarlangs zowel de elektrische voeding als de communicatiesignalen lopen.
Bluebus
Bijvoorbeeld: EPM, EDSB, ETPB
Meer informatie over BlueBUS vindt u in paragraaf "BlueBUS".
Ingang voor inrichtingen die de beweging die bezig is blokkeren of eventueel stoppen. Door het uitvoeren van de juiste handelingen
kunt u op de ingang STOP contacten van het type "Normaal gesloten", "Normaal open" of inrichtingen met een constante weerstand
Stop
aansluiten.
Meer informatie over STOP vindt u in paragraaf "Ingang STOP".
Ingang voor inrichtingen die de beweging in de modus Stap-voor-Stap aansturen; het is mogelijk contacten van het type "Normaal
Sbs
open" aan te sluiten.
Ingang voor inrichtingen die de gedeeltelijke opening 1 aansturen; het is mogelijk contacten van het type "Normaal open" aan te
Open
sluiten.
M1
Uitgang voor reductiemotor zonder besturingseenheid (SPOP7224)
M2
Uitgang voor reductiemotor met besturingseenheid (SPOP7124)
1 - 2
Ingangen voor aansluiting van de antenne (op OXI-ontvanger)
Opmerking 1
De uitgangen "Flash" en "EL" kunnen met andere functies worden geprogrammeerd (zie paragraaf "Programmering eerste ni-
veau (ON-OFF)").
TX
EL
Bluebus
RECEIVER
RX
Bluebus
1 2
SBS
STOP
NO
NC
NO
NO
8K2
NEDERLANDS – 13
OPEN
Tabel 3