Scherpstelvergrendeling
Opnemen met scherpstelvergrendeling wordt aanbevolen wanneer de camera het
scherpstelveld met het gewenste onderwerp niet activeert.
1
Stel AF-veldstand in op Centrum in de stand A (auto) (A134).
2
Positioneer het onderwerp in het
midden van het beeld en druk de
ontspanknop half in.
De camera stelt scherp op het onderwerp
en het scherpstelveld wordt in groen
weergegeven.
De belichting wordt ook vergrendeld.
3
Pas de compositie van de foto aan zonder
uw vinger op te heffen.
De afstand tussen de camera en het onderwerp mag
niet veranderen.
4
Druk de ontspanknop helemaal in om de
foto te maken.
Opnamefuncties
Scherpstellen
61
1 / 2 5 0
1 / 2 5 0
F 2.8
F 2.8
1 / 2 5 0
1 / 2 5 0
F 2.8
F 2.8