Inhoudsopgave
Advertenties
Aftakas toerental advies
Fijndosering wel/niet gebruiken
Roerkroon wel/niet gebruiken
Werkzaamheden vóór het strooien
•
Toerental aftakas instellen
Werkbreedten tot 12 meter worden gestrooid met 540 rpm.
Soort afhankelijk is bij het aftakas toerental van 620 rpm met een
grotere werkbreedte te werken.
Dit is alleen mogelijk als dit op de strooitabellen website of de
strooitabelsticker vermeld staat!
Stel het aftakas-toerental in op 620 rpm voor de 15 meter
werkbreedte uit het voorbeeld.
Controleer of de strooipijpslag in de juiste stand staat (min. of
max.)
Zie »Strooipijpslag verstelling (accessoire)« op pagina 32.
•
Gebruik accessoires
•
Voor poedervormige meststof zoals kalk en Thomasslakkenmeel
dient u een
•
•
•
Bij de soort uit het voorbeeld wordt geen accessoire geadviseerd.
•
5
Bij uitstroomwaarden beneden 20 kg/min is de doorlaat van de drie
4
doseergaten klein. Monteer dan de fijndosering op de strooiplaat.
Deze accessoire dicht 2 gaten af. Met één grotere opening is de
2
instelling nauwkeuriger en wordt verstopping tegengegaan.
2 doseergaten
Zie de paragraaf »Fijndoseren« op pagina 86.
dicht
3
De berekende uitstroomsnelheid in het voorbeeld is 40 kg/min.
Gebruik de fijndosering niet.
•
Roerkroon wel/niet gebruiken
Enkele soorten kunstmest vormen snel grotere brokken en kunnen
brugvorming veroorzaken. Een roerkroon en zeef voorkomen dit.
Monteer altijd de zeef boven de roerkroon.
De zeef voorkomt direct contact met de heftig bewegende roerkroon.
Het weglaten van de zeef kan zwaar lichaamlijk letsel veroorzaken.
T
Demonteer de roerkroon bij goed stromende kunstmest. De roerkroon
IP
kan vermaling en stofvorming veroorzaken. Dit heeft een nadelig
effect op de kwaliteit van het strooiwerk.
Gebruik poeder set
225- of 600 liter kuip met steil aflopende trechtervorm,
een roerkroon
en zeef te gebruiken.
Fijndosering gebruiken onder 20 kg/min.
83
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
