Hefinrichting
aankoppelen
Aankoppelen aan de trekker
Controleer de ontkoppelingstouwen van de snelkoppeling
De ontkoppelingstouwen mogen nooit gespannen zijn en moeten
voldoende bewegingsvrijheid hebben, zelfs met de hefinrichting in de
laagste positie, zodat de snelkoppelingen niet onbedoeld kunnen
ontkoppelen.
Onbedoelde ontkoppeling veroorzaakt schade aan de machine en
heeft mogelijk persoonlijk letsel tot gevolg.
Start de trekker.
Rijd voorzichtig naar achteren, zodanig dat de vanghaken van de
trekarmen zich precies onder de kogels bevinden.
Open de snelkoppeling van de vanghaken met de ontkoppe-
lingstouwen.
Bedien de hefinrichting tot de kogels zich correct in de vanghaken
bevinden en laat de snelkoppelingen sluiten.
Controleer of de vanghaken correct vergrendeld zijn door de
hefinrichting voorzichtig te laten zakken.
Draai de topstang op passende lengte en borg deze zo mogelijk.
Open de snelkoppeling van de vanghaak met het ontkoppe-
lingstouw.
Laat vanghaak over de kogel aan de top-pen vallen en laat
snelkoppeling sluiten.
Controleer door trekken en duwen aan de machine of de vanghaak
correct vergrendeld is.
71