<Onderhoud>
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de automatische reinigingsfunctie van de machine kunt gebruiken.
<Reinig de drukrol voor fixering>
<Instellen>
<Aanpassen/Onderhoud>
Als het bedrukte papier vuil is, voert u <Reinig de drukrol voor fixering> uit.
<Laag tonerverbruik afdrukmodus>
<Instellen>
<Aanpassen/Onderhoud>
Als u niet verwacht veel gele toner te gebruiken, stel dit dan in op <Aan> voordat u de gele tonercartridge
installeert.
Als u dit instelt op <Aan>, kan de afdruksnelheid afnemen.
<Regel ontdekte condens>
<Inst.>
<Aanpassen/Onderhoud>
Stel in of u het proces voor het verwijderen van condens wilt starten wanneer condens in de machine wordt
gedetecteerd. Als u deze modus instelt op <Aan>, wordt het proces voor het verwijderen van condens
automatisch uitgevoerd. U kunt de machine ook zo instellen dat het afdrukken niet wordt beperkt tijdens het
verwijderen van condensatie.
●
Tijdens het proces voor het verwijderen van condens, wordt afdrukken mogelijk niet correct uitgevoerd
zodat het papier blanco blijft.
●
Om het effect voor het proces voor het verwijderen van condens te behouden wanneer deze modus is
ingesteld op <Aan>, moet de machine ingeschakeld blijven.
●
Als u <Tijdens condens. cntrl> after setting <Regel ontdekte condens> instelt op <Aan>, verschijnt er
een scherm waarin wordt bevestigd of u de condensregeling onmiddellijk wilt uitvoeren. Druk op
<OK> om het proces onmiddellijk uit te voeren.
Instellingen/registratie
<Onderhoud>
<Onderhoud>
<Onderhoud>
493
9Y8Y-08X