Algoritme voor vingerafdrukcertificaat SHA-1
*1 Vereisten voor het certificaat opgenomen in een sleutel zijn in overeenstemming met CA-certificaten.
*2 SHA384-RSA en SHA512-RSA zijn alleen beschikbaar als de RSA-sleutellengte 1.024 bits of meer is.
◼
Registratie van certificaatintrekkingslijsten (CRL)
Er kunnen maximaal 50 certificaatintrekkingslijsten worden geregistreerd. Bedenk echter dat in de volgende situaties
een CRL niet kan worden opgeslagen.
●
De gegevens van de CRL overschrijden 1 MB.
●
Er wordt een niet-ondersteund handtekeningalgoritme gebruikt.
●
Het aantal geregistreerde ingetrokken certificaten in één CRL-bestand overschrijdt de 10.000.
◼
Definitie van "zwakke versleuteling"
Als [Verbied gebruik van zwakke versleuteling] is geselecteerd, is het gebruik van de volgende algoritmen verboden.
Hash:
HMAC:
Cryptosysteem met gemeenschappelijke sleutel: RC2, RC4, DES
Cryptosysteem met openbare sleutel:
●
Zelfs wanneer [Verbied gebr. sleutel/certif. met zwakke versleuteling] is ingesteld, kan het hashalgoritme
SHA-1, dat wordt gebruikt voor ondertekening van een basiscertificaat, worden gebruikt.
◼
FIPS 140-2 Standaardalgoritme
Als [Stel de encryptiemethode in op FIPS 140-2] is ingesteld, wordt gebruik van de volgende algoritmen voorkomen.
Hash:
Cryptosysteem met gemeenschappelijke
sleutel:
Cryptosysteem met openbare sleutel:
Bijlage
MD4, MD5, SHA-1
HMAC-MD5
RSA-versleuteling (512 bits/1024 bits), RSA-handtekening (512 bits/
1024 bits), DSA (512 bits/1024 bits), DH (512 bits/1024 bits)
MD4, MD5, SHA-1 (voor andere doelen dan TLS)
RC2, RC4, DES, PBE
RSA-versleuteling (512 bits/1024 bits), RSA-handtekening (512 bits/1024
bits), DSA-handtekening (512 bits/1024 bits), DH (512 bits/1024 bits)
612